“EU reserveert 69,3 miljard voor wetenschap”

Het ziet ernaar uit dat het Europese wetenschapsbudget voor de komende zeven jaar inderdaad zo’n zeventig miljard euro zal bedragen. Dat is meer dan nu, maar tien miljard minder dan gehoopt.

Vandaag richten de Nederlandse media de schijnwerper vooral op de Nederlandse bijdrage aan de Europese Unie: behoudt Mark Rutte zijn korting van één miljard euro of neemt hij genoegen met minder?

Maar de wetenschappelijke wereld vraagt zich vooral af waar het geld aan wordt uitgegeven. EU-president Van Rompuy heeft een voorstel gedaan waarin zo’n 125 miljard euro beschikbaar is voor ‘competitiveness for growth and jobs’. Daaronder valt ook het wetenschapsbudget van Horizon 2020.

Aanvankelijk wilde de Europese Commissie tachtig miljard uittrekken voor Horizon 2020, maar in de strijd om het geld gaat dat waarschijnlijk niet lukken. Zoals al eerder vermoed wordt het zo’n tien miljard minder. De laatste geruchten spreken van 69,3 miljard.

Daarover staat nog niets op papier in de voorlopige conclusies uit de onderhandelingen, die al op internet zijn beland. Daarin staat wel: “There is a critical need to reinforce and extend the excellence of the Union’s science base.”

Een belangrijke opmerking is dat de cohesiefondsen voor armere lidstaten – normaal gesproken bedoeld voor spoorwegen, pijpleidingen, milieubescherming et cetera – beter zouden moeten aansluiten bij het wetenschapsbudget.

Dat strookt met uitspraken van de Ierse Eurocommissaris van onderzoek & innovatie Máire Geoghegan-Quinn. In debat met het Europarlement zei ze vorige maand dat de ‘cohesiefondsen’ voor achterstandsregio’s misschien ook besteed konden worden aan het stimuleren van onderzoek en ontwikkeling. Dan kunnen beide budgetten elkaar versterken.

De gedachte daarachter is dat deze landen dan uiteindelijk meer profijt zullen krijgen van het budget voor onderzoek en ontwikkeling. Landen als Nederland en Groot-Brittannië winnen naar verhouding veel geld uit het onderzoeksbudget, dankzij hun sterke wetenschap. Andere landen kijken daar jaloers naar.

Wat de regeringsleiders ook besluiten, uiteindelijk moet het Europarlement de meerjarenbegroting nog goedkeuren. De Europarlementariërs zijn over het algemeen overtuigd van het nut van het wetenschapsbudget. De onderhandelingen zijn nog niet voorbij.

Deel dit artikel