Foto | HOP

“Bezet, blokkeer, dit beleid pik ik niet meer!”

Rond de duizend betogers trokken gisteren door de binnenstad van Amsterdam. Belangrijkste eis: het college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam moet aftreden.

Maandagmiddag, eind van de dag. Drie verbouwereerde studenten komen aan bij de universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Amsterdam. De drie mannen waren koffie gaan halen en hadden hun spullen in de bibliotheek laten liggen. Maar in de tussentijd zijn de deuren vergrendeld, niemand mag het gebouw meer in of uit. Binnen, in de hal, staat een groep verbaasd te kijken naar het protest voor de deuren van hun bibliotheek.

De actievoerders willen naar binnen, maar de Universiteit van Amsterdam is bang dat ze voor de derde keer op rij een gebouw innemen: eerder werden de letterenfaculteit van de UvA en het Maagdenhuis bezet uit onvrede met het bestuur. Dus gaan de deuren van de universiteitsbibliotheek niet open.

De groep waar de UvA zo bang voor is, is na afloop van een protestmars door de binnenstad van Amsterdam verder getrokken. De mars, die rond drie uur die middag begon, trok zo’n duizend ontevreden betogers. Ze hebben genoeg van het UvA-bestuur, van de bezuinigingen op hun universiteit en van maatregelen die studenten zo snel mogelijk door hun opleiding moeten jagen.

Voor veel mensen hoefde het in eerste instantie niet zo nodig, dat aftreden van het college van bestuur. Maar na de ontruiming van het Maagdenhuis afgelopen weekend is voor velen de maat vol. Puur machtsvertoon, schreven twee docenten gisteren in NRC Next. Die brief is door een paar honderd collega’s ondertekend.

“Die ontruiming was niet nodig geweest”, zegt ook UvA-docent Freek Janssens, die halverwege de stoet rustig oploopt met collega’s. “De studenten hadden zelf al aangegeven dat ze maandag zouden vertrekken.” Van hem had het college van bestuur niet weg gehoeven, “maar ik zie niet zo goed hoe ze nu nog verder zouden kunnen”.

Ook student Pauke Kok ziet geen andere optie meer dan aftreden, “hoewel ik dat eerst echt niet nodig vond. Veel te veel op de man gespeeld”.

De mars had een stil protest moeten worden. “Because we can be silently confident about one truth”, roept de hele stoet bij aanvang van de mars, “and that is: that we are the University of Amsterdam”. “Aftreden, aftreden, aftreden”, volgt meteen daarna.

Het lukt om in stilte door de straten te gaan, in eerste instantie. Er wordt wat gebabbeld, er klinken wat trommels, maar de leuzen ontbreken. Wie toch begint te roepen, wordt tot stilte gemaand. Maar al snel klinken vanuit de achterhoede steeds meer koren. De roep om aftreden van het bestuur, maar ook “Bezet, blokkeer, dit beleid pik ik niet meer!” en “Hey ho cvb, hier krijg je problemen mee”.

Als halverwege de mars een groep vluchtelingen aansluit die die ochtend moest vertrekken uit de gekraakte Vluchtgarage in Amsterdam, bereikt het protest een hoogtepunt. Zij aan zij leiden de studenten van ‘De Nieuwe Universiteit’ en de vluchtelingen van ‘We are here’ de optocht. “No borders, one nation, free education”, klinkt het. “Solidariteit”, schreeuwen de studenten. De aloude socialistische “hun strijd, onze strijd, internationale solidariteit” klinkt zelfs even.

De politie waarschuwt ondertussen dat er achterin wat irritatie ontstaat, omdat de voorhoede uit puur enthousiasme iets te snel is gaan lopen. Maar het valt uiteindelijk allemaal mee. Zonder incidenten bereikt de protestmars het Binnengasthuisterrein.

Daar besluit een kleinere groep, aangespoord door ‘professor G.’, verder te lopen naar de universiteitsbibliotheek. “Stop this silly protesting”, roept hij als alle sprekers klaar zijn en het officiële programma ten einde is. “I say you all go to the library to study.” Er wordt gelachen, en daar gaan ze.

Tot een bezetting komt het uiteindelijk niet. De deuren blijven dicht, studenten en docenten die binnen aan het studeren waren moeten via een nooduitgang naar buiten. Dan wordt het koud, iedereen krijgt trek, steeds meer groepjes besluiten naar huis te gaan. Maar we komen terug, bezweren ze. In kleinere groepen komen ze die bibliotheek heus wel in.

Deel dit artikel