Brandweer TU/e wint in hoogste klasse regionale wedstrijd

Brandweer TU/e wint in hoogste klasse regionale wedstrijd

Het brandweerkorps van de TU/e is zaterdag eerste geworden in de hoogste klasse tijdens een brandweerwedstrijd van de veiligheidsregio Brabant Zuid-Oost. Volgens bevelvoerster Janneke Zeebregts is het de eerste keer dat een bedrijfsbrandweerkorps in deze klasse, waarnaar de TU/e-ploeg vorig jaar promoveerde, wint.

Een kleine dertig brandweerkorpsen uit de regio bonden zaterdag in Valkenswaard, verdeeld over vier klassen, de strijd aan binnen het onderwerp ‘basis brandweerzorg’. De TU/e kwam uit in de eerste klasse, waarnaar ze vorig jaar promoveerde en waarbinnen ze het enige bedrijfsbrandweerkorps is. Aan de wedstrijd deden sowieso bovenal gemeentelijke brandweerkorpsen mee, aangevuld met dat van de TU/e en van bierbrouwer Bavaria uit Lieshout.

Alle deelnemende korpsen kregen eerst een set theorievragen voor de kiezen, daarna werden ze met een denkbeeldige uitrukmelding één voor één opgeroepen voor de wedstrijd zelf. Een automatisch alarm in een fabriek in Valkenswaard - dat was de startboodschap die de ploegen in de eerste klasse kregen.

“Als bevelvoerder heb ik de taak om onderweg al zoveel mogelijk informatie in te winnen. Wat is er gebeurd en waar, wie is de melder, kan ik het bedrijf al in? Op basis daarvan maak ik een voorlopig inzetplan voor de mensen achterin de wagen, zodat iedereen weet wat we gaan doen als we aankomen”, vertelt Zeebregts, hoofd technische staf binnen de vakgroep Plasma and Materials Processing (Technische Natuurkunde).

Eenmaal aangekomen blijkt de realiteit vrijwel altijd anders dan ingeschat, vervolgt ze - zo ook zaterdag. “Er was inderdaad een brandje, maar ook was er een heftruck in een tank met zuur gereden. Een medewerkster had geprobeerd het ontstane gat in de tank met haar hand dicht te houden. Dan moet je meteen omschakelen.”

Reanimatie

De Eindhovense brandweerlieden trokken eerst de geschrokken chauffeur uit zijn heftruck en haalden de medewerkster weg bij het gat in de tank, waarna ze  - volgens ‘script’ - van haar stokje ging. “Er kwam dus meteen nog een reanimatie overheen.” Intussen was “het hele spel natuurlijk opgeschaald”, zo vertelt Zeebregts, en was een tweede tankautospuit ter plaatse geroepen ter assistente. Die wagen werd op het blussen van de brand gezet, terwijl de TU/e-ploeg het gat in de zuurtank dichtte en betrokkenen ontsmette.

Een klein uur na de uitrukmelding was de klus geklaard, naar volle tevredenheid van Zeebregts. De TU/e-ploeg had volgens de bevelvoerster zeker voordeel vanwege haar kennis van en ervaring met gevaarlijke stoffen. “Zelf ben ik adviseur gevaarlijke stoffen voor de regionale brandweer, daarnaast heeft op onze campus ongeveer tachtig procent van de meldingen toch wel een beetje met chemie te maken. Dat is ons veld, we zijn eraan gewend en ook niet zo bang van gevaarlijke stoffen. Daarom kunnen we hierin, denk ik, wat sneller handelen dan de meeste andere korpsen.”

Op een podiumplaats durfde Zeebregts naar eigen zeggen echter niet te hopen. Het is volgens haar sowieso moeilijk om je kansen ten opzichte van de concurrentie in te schatten: “Slecht doe je het eigenlijk nooit, je doet het per ploeg misschien ánders.” De door haar verwachte middenmootpositie werd echter een eerste plek, waarna “de cup met de grote oren” nu voor het eerst in de TU/e-brandweerkazerne staat te glimmen.

Signaal

Promoveren naar een hoger niveau kan vanuit de eerste klasse niet meer, maar Zeebregts is vooral blij met het signaal naar andere korpsen. ‘Het is goed dat ze er zijn omdat ze veel verstand hebben van het bedrijf zelf’ - maar verder wordt volgens haar bij gemeentelijke korpsen nogal eens wat minachtend gedaan over bedrijfsbrandweerkorpsen. “Maar we hebben nu nog maar eens laten zien dat we echt niet voor andere korpsen onderdoen.”

Deel dit artikel