“Echte inclusiviteit heeft nog een lange weg te gaan”

Op Valentijnsdag kwamen TU/e’ers samen voor diner, debat en borrel om zo de internationale dag van vrouwen in de wetenschap te vieren. Organisatoren TINT, WISE en Beyond gaven de bijeenkomst de naam ‘Intercultural STEM! But how?’ en stelden de deelnemers de vraag: hoe inclusief is het werkveld van mensen in Science, Technology, Engineering and Mathematics voor internationals?

door
foto TINT

Terwijl veel mensen thuis aanschuiven voor een romantisch diner met hun wederhelft, vult het Auditorium zich met enthousiastelingen die vanavond een ode willen brengen aan vrouwen in de wetenschap. De Internationale dag van vrouwen en meisjes in de wetenschap valt officieel op 11 februari, maar Valentijnsdag leek de organisatoren het uitgelezen moment om vrouwen een podium te geven. De viering begint met een gezamenlijk diner; een gelegenheid om gelijkgestemden te ontmoeten en bij te praten. Daarna nemen de deelnemers, merendeels vrouwen en enkele mannen, plaats in de Blauwe zaal voor het hoofdprogramma. Vanavond is iedereen welkom en dat is wel op z’n plaats tijdens een event dat draait om inclusiviteit. De centrale vraag vanavond is: hoe zorgen we voor een inclusieve STEM-omgeving waarin alle internationals erbij horen en zich gehoord voelen?

Cultuurverschillen

Docent Vincent Merk bijt de spits af met een snelcollege interculturele communicatie. Hij legt onder andere het verschil uit tussen ‘high context’ en ‘low context’ culturen. Bij de hogecontextculturen is de context essentieel voor het ontvangen van de boodschap; de communicatie is indirect en impliciet. “Eens riep ik in een collegezaal: ‘Ik heb het zo warm, ik denk dat ik mijn jas uitdoe.’”, vertelt Merk. “Verbaasd keek ik hoe een paar studenten de ramen gingen opendoen. Zij begrepen dit als een indirecte vraag om de ramen open te doen, terwijl ik het niet zo bedoeld had.” Lagecontextculturen zijn veel directer en zeggen in klinkklare taal waar het op staat. “Het is heel simpel, een ja is een ja en een nee is een nee.”

Nederlanders vallen duidelijk in de laatste categorie, terwijl veel andere culturen ‘high context’ gebruiken. Dat kan botsen. Merk benadrukt wat ervoor nodig is om van een multiculturele omgeving een interculturele omgeving te maken; eentje waarin iedereen zich gehoord en welkom voelt. Het begint met het herkennen van de culturele verschillen om ze vervolgens te kunnen respecteren en te omarmen.

“De theorie klinkt mooi”, reageert een vrouw uit het publiek. “Maar hoe breng je dat in de praktijk? Er zijn zoveel onzichtbare structuren die eerst doorbroken moeten worden voordat echte verandering kan plaatsvinden.” Merk geeft de vrouw gelijk dat het inderdaad ook nodig is om deze bestaande structuren te deconstrueren, maar hoe het precies in zijn werk gaat, blijft onduidelijk.

De brug tussen theorie en praktijk

De brug tussen theorie en praktijk wordt verder geslagen tijdens de paneldiscussie met een assistant professor, een masterstudent en een ASML- projectmanager. Het eerste statement luidt: ‘STEM is inclusief in Eindhoven.’ Het panel en het publiek zijn het overduidelijk met elkaar eens; er is nog een lange weg te gaan om STEM inclusief te maken voor minderheden zoals vrouwen en internationals. Andere statements onderzoeken hoe de deelnemers de werk-privébalans ervaren of hoe gesteund ze zich voelen door hun omgeving. Deze vragen ontbloten veel van de problematiek die vooral onder de studenten leeft. Veel problemen waar studenten mee kampen, zoals stress, hoge studiedruk of financiële zorgen, raken internationals extra hard, is een van de gezamenlijke conclusies. Internationale studenten betalen een hoger collegegeld en voelen zich daarom gedwongen om zo snel mogelijk af te studeren.

Wat, hoe en wanneer je eet

Het publiek deelt ook persoonlijke ervaringen inzake inclusiviteit. Internationals, van studenten tot promovendi en mensen werkzaam in de technologische sector, zeggen het gevoel te hebben er in Nederland niet helemaal bij te horen. “Ik snap dat het een Nederlandse universiteit is, maar ik heb vaak het gevoel dat er maar één goede manier is om dingen te doen. Alsof het een soort ongeschreven regel is. Het begint met wat, hoe en wanneer je eet en gaat verder tot de manier waarop wordt vergaderd en feedback wordt gegeven. Het is alsof het allemaal op de Nederlandse manier moet. Maar het is vaak niet míjn manier”, vertelt een vrouw uit het publiek, zelf een international.

Een andere vrouw: “Ik ben al drie jaar in Nederland en ik vind het moeilijk, ik ben nog steeds in de war hoe de dingen hier precies werken. En als je alleen maar omringd wordt door andere internationals, dan is het echt heel lastig om je weg te vinden in Nederland."

Steun van bovenaf

Het gevoel leeft dat studenten veel steun bij elkáár vinden, maar nog te weinig bij de universiteit. “Het zijn bijna altijd studenteninitiatieven die zich inzetten voor een verandering, maar we voelen ons te weinig gesteund van bovenaf. Dat vind ik soms demotiverend”, zegt een van de initiatiefneemsters van het event. “Er ontbreekt vaak de link tussen de universiteit en de studenten, we zijn niet met elkaar verbonden”, zegt Elisabetta Peri, assistant professor bij Electrical Engineering en een van de panelleden. “Dat is heel jammer, want door verbinding vindt pas echte verandering plaats.”

 

Deel dit artikel