door

Simpele mysteries

23/01/2013

Als je een ronde anus hebt, waarom zitten er dan poepstreepjes in je onderbroek? Toen Theo Maassen zich dit in 2001 afvroeg, was mijn interesse gewekt. Niet voor poep, niet specifiek voor dit, maar voor de simpele mysteries van het leven.

Een simpel mysterie klinkt een beetje als een contradictio in terminis, maar zo mysterieus is het niet. Het zijn die dingetjes waarvan ik onder geen beding wist dat ik ze wilde weten. Het denken buiten de geschepte kaders is mijn liefde, maar dan wel een beetje simpel en snel.

Dus waar de meeste ingenieurs een printplaatjes-fetisjisme, erlenmeyer-RSI of een autovoorliefde hebben, hou ik van de foutieve feitjes, matige misvattingen en theatrale tegenstellingen. Wist je bijvoorbeeld dat het Engelse dyslexiecentrum in Reading ligt? Of dat kangoeroes drie vagina’s hebben? Maar ook dat er liftjes in dubbeldekkerintercity’s zitten, waarin vroeger de railcatering naar boven kwam?

Nu, tijdens de tentamenweek, mag ik juist niet buiten de doos denken. Nu moet ik de opgegeven stof zo goed mogelijk beheersen. Nu heb je er niks aan dat je weet dat de ideale verhouding voor een zandkasteel, 8 delen zand en 1 deel water is. Neen, zandkastelen zijn tijdelijk, en alleen letten op zulke nutteloze wetenswaardigheden ook.

Onze mysteries tijdens tentamenweken zijn bijvoorbeeld de calculussommetjes, waarvan we weten dat een paar beauty’s en vijfduizend nerds die op deze campus rondlopen het al wél snappen. Dat is amper mysterieus te noemen. Niemand die dan ook in een TU/e tv-spotje zegt: “Ik droom van een oneigenlijke integraal die convergeert.”

Je hoeft je daarom ook niet te schamen dat we met zijn allen soggen. Je had andere dromen toen je naar de TU/e kwam, je wilde allerlei mysteries oplossen, maar nu zit je vast aan de tentamenstof. Dus daarom zoek je je mysteries ergens anders. Maar als je echt je dromen wilt realiseren, moet je toch eerst dat tentamen halen. Dus nu weer aan de slag soggerd!

Deel dit artikel