Affiche van 'Groot Wild'.

Grip op technologie centraal in theater met trucks

Verliest de mens uiteindelijk de grip, of blijven we ‘in control’ van robots en andere zelfdenkende systemen? Over dergelijke vragen hoopt theatergezelschap Afslag Eindhoven bezoekers te laten nadenken met ‘Groot Wild’, waarin naast menselijke acteurs twee echte vrachtwagens een rol spelen. Hoogleraar Maarten Steinbuch, betrokken bij de totstandkoming, verzorgt een inleiding bij twee van de voorstellingen, waarin ook een Renault Twizy van de TU/e opduikt.

Dansen met drones, een romantische pas de deux met een robot - meespelende machines in het werk van theatermakers zijn op zich niet nieuw. Afslag Eindhoven doet er schaal- en verhoudingsgewijs graag een schepje bovenop en werkt in zijn nieuwste locatievoorstelling met trucks. “Die enorme vrachtwagens en dan de kleine mens ernaast - theatraal gezien is dat een heel interessant en sterk beeld”, stelt woordvoerster Mieke Fiers.

Daarnaast wijst ze op de nauwelijks bij te benen technologische ontwikkelingen, waardoor machines steeds vaker slimmer blijken dan de mens. De opkomst van bijvoorbeeld ook zelfrijdende vrachtwagens verenigt die gegevens en dat bleek een bron van inspiratie voor regisseur Gerrie Fiers, aldus de woordvoerster.

In hun zoektocht naar input kwamen de theatermakers onder meer terecht op de Automotive Campus Helmond en van daaruit ook bij Maarten Steinbuch van de TU/e. De hoogleraar Control Systems Technology heeft met zijn kennis en kunde een “redelijke invloed” gehad op de verhaallijn, zegt Mieke Fiers. “Hij wees ons onder meer op een blog waarin wordt beschreven hoe artificial intelligence zich kan ontwikkelen richting een steeds meer zelfstandige entiteit. Die lijn hebben we gebruikt als basis voor het scenario.”

Ook behoorde Steinbuch afgelopen najaar tot een selecte club getuigen van twee proefvoorstellingen bij Sectie-C in Eindhoven, waarin een danseres een bijzondere relatie aangaat met een truck. Eén van de uitdagingen, volgens Fiers: “Hoe maak je dat een vrachtwagen een eigen karakter heeft, en dat het interessant blijft om naar te kijken?” Daarnaast zijn er nog de praktische kanten van het werken met dergelijke grote machines: “Een heel avontuur”.

Al wordt die suggestie, onder meer middels verhullende ‘stoelpakken’ voor de chauffeurs, wel gewekt; de vrachtwagens in de voorstellingen zijn, onder meer vanwege de veiligheid, niet echt zelfrijdend. Maar, zo beklemtoont Fiers, “dat is ook niet het doel en niet wat wij willen laten zien. De voorstelling gaat niet over technologie, maar over hoe mensen op technologie reageren”.
Want, zo vervolgt ze: “Het is heel gemakkelijk om je vooral bezig te houden met alledaagse dingetjes en je niet teveel te bekommeren om grote gebeurtenissen daaromheen. Maar de hele technologische ontwikkeling beïnvloedt ons en ons leven enórm, en heeft ook effect op onze kinderen en kleinkinderen. Daar willen we mensen een beetje over laten nadenken.”

Alfa-gamma-bèta-discussie

Hetzelfde hoopt ook Maarten Steinbuch te bereiken met de presentatie die hij op twee van de voorstellingsavonden geeft. “Ik houd natuurlijk mijn verhaal over hoe bijvoorbeeld de robotica en zelfrijdende auto’s zich ontwikkelen, maar ook over hoe ver dat kan gaan als je een generatie vérder denkt, wanneer een mobieltje even slim is als het hele menselijke ras bij elkaar.”

Een waarschuwing wil hij niet zozeer geven, “maar ik wil wel oproepen tot een brede discussie tussen mensen die de technologie ontwikkelen en degenen die nadenken over de implicaties daarvan voor de maatschappij. Die alfa-gamma-bèta-discussie, daar kunnen we veel méér mee dan we nu doen”.

Steinbuch vindt het leuk dat hij werd benaderd om mee te denken over ‘Groot Wild’. “Ik houd er ontzettend van om buiten de lijntjes te denken. Sowieso is het samenwerken met bijvoorbeeld kunstenaars heel stimulerend voor je eigen denkproces. Ik vind dat ook ingenieurs veel vaker dat soort gesprekken moeten aangaan.”

De voorstelling is in mei een aantal keer te zien op de Automotive Campus in Helmond (deels tijdens de Dutch Technology Week) en op een parkeerterrein in Den Bosch, bij truckerscafé Treurenburg. Eén van de opvoeringen in Helmond, op 27 mei, is overigens aangemerkt als activiteit die bachelorstudenten kunnen bijwonen in het kader van hun USE-leerlijn. Een kaartje voor deze avond, inclusief inleiding van Steinbuch, kost acht (in plaats van de gebruikelijke achttien) euro.

Cursor mag twee sets van elk twee kaarten weggeven voor ‘Groot Wild’; voorstellingsdatum naar keuze. Kans maken kan via een reactie op Facebook.

Deel dit artikel