De presentatie van de URE11 eind april. Foto | Bart van Overbeeke

Cultuuromslag moet zorgen voor ommekeer bij URE

De URE11, de nieuwste elektrische raceauto van University Racing Eindhoven, heeft anderhalve maand voor de eerste race al zijn eerste meters gemaakt. De afgelopen jaren liep het team naar eigen zeggen regelmatig achter de feiten aan doordat de auto te laat af was. Dat patroon lijkt het team nu, met een combinatie van een pas op de plaats en gezond realisme, te doorbreken.

Voor het zesde jaar achtereen bouwt University Racing Eindhoven een elektrische raceauto. Woensdagavond 1 juni maakte deze URE11 zijn langverwachte eerste meters. Teammanager Oscar Meijer geeft toe dat dat eigenlijk al bij de autopresentatie (op 29 april) had moeten gebeuren, maar dat sommige zaken wat meer tijd in beslag namen dan verwacht - zoals het verbeteren van de elektronica en software voor de aansturing van de motor.

Het streven was bovendien ambitieus: de autopresentatie was de vroegste in de historie van URE. "Het is voor het eerst sinds de URE08 dat we zo vroeg hebben kunnen rijden", vervolgt Meijer.  Over de eerste meters zijn hij en Gordon Haring (Aerodynamics and Chassis-manager) zeer tevreden: “We hebben zonder problemen kunnen rijden; dat is ook weleens anders geweest.”

Hoe het dan gelukt is om de auto nu wél op tijd af te krijgen? Dat heeft vooral te maken met een cultuuromslag binnen het team, legt Haring uit: “We maken realistische keuzes en een goede productieplanning. Vervolgens is het een kwestie van handhaven.” Teleurstellingen uit het verleden spelen een grote rol, vervolgt hij: “Je moet ervoor zorgen dat je jezelf beloont voor het jaar hard werken en het cirkeltje rondmaakt. Als je zo’n goede auto bouwt, wil je daar ook resultaat van zien”.

Een lange testperiode was altijd al het uitgangspunt voor de URE11. Eerder gaf URE al aan voor de top-vijf te kunnen gaan door de URE10 door te ontwikkelen en verder af te stellen. Uiteindelijk is bij de bouw van de URE11 toch maar zo'n twintig procent van de onderdelen precies gelijk gebleven. “We hebben veel licht aangepast, maar het grote plaatje is nog steeds hetzelfde”, aldus Haring.

Al die kleine beetjes zorgen er, samen met een efficiënt productieproces, voor dat de auto vijftien kilo lichter is dan vorig jaar: 183,5 kg. Dat zit voor een groot deel in de assemblage van de eindoverbrenging in het wiel, waarvoor het team overstapte van een excentrische naar een concentrische configuratie. Hierbij zit de as van de motor precies in het midden van het wiel en worden de krachten beter verdeeld, waardoor kleinere en lichtere tandwielen kunnen worden gebruikt. “Tijdens het Eindhoven Open keek een aantal teams de ogen uit. We zijn er heel trots op.”

Ondanks dat een groot deel van de concurrentie met de vierwielaandrijving al iets verder is dan URE, denken de Eindhovense studenten dat het realistisch is in de top-vijf te rijden. Belangrijke factoren hierbij zijn de betrouwbaarheid en het team, aldus Meijer: ”Je team moet klaar zijn om top-vijf te halen, dat is een van de lastigste aspecten. Dit jaar ligt de nadruk op de structuur, het testen en constant zijn. Als we constant rond die top-vijf kunnen eindigen, ben ik tevreden; dan weten we dat we alles eruit hebben gehaald.”

Uitblinken in de slip

Waarbij Haring nog toevoegt wel op een uitschieter te hopen: “Als bij ons alles goed gaat en bij de anderen ietsje minder, zit dat er zeker in.” Het team denkt vooral hoge ogen te kunnen gooien op de skidpad (slipproef) in Duitsland: “Die wordt altijd nat verreden en daar zijn wij, met onze eigen regenbanden, in het voordeel”, legt Meijer uit. Overigens heeft het team ook een nieuw geheim wapen: kartkampioen Marco Jonkers (student Technische Bedrijfskunde) moet indruk maken tijdens de autocross (getimede rondetijd).

URE doet dit jaar voor het eerst mee aan vier races: Engeland (vorig jaar gemist doordat de auto nog niet af was), Oostenrijk (terug van weggeweest), Duitsland en Spanje. Door de uitgebreide testperiode stelt het team zichzelf in staat om direct voor resultaat te gaan in Engeland: “Natuurlijk is het de eerste grote wedstrijd van deze auto, maar wij zien het meer als een race dan als een test.”

Meijer en Haring spreken van een nieuwe start voor het team: "Wij denken dat het werken binnen URE fundamenteel is veranderd. Ons voordeel is dat het hele team dit nu van dichtbij heeft meegemaakt en meegelopen heeft", zegt Meijer. De studentenploeg is volgens hem al bezig met de volgende auto, waarvan het concept tijdens de eerste wedstrijd op Silverstone wordt beoordeeld door een vakjury.

Deel dit artikel