Ook Eindhovens CvB zag af van actieve oproep voor integriteitsenquête

Meer dan de helft van de wetenschappers in Nederland zoekt in zijn of haar werk regelmatig de grenzen op van het toelaatbare. Dat werd vorige week bekend naar aanleiding van de uitkomsten van de Nationale Enquête Wetenschappelijke Integriteit. Alle onderzoekers verbonden aan een Nederlandse universiteit hebben die enquête ontvangen, zegt Renee Westenbrink, hoofd onderzoeksbeleid. Veel universiteitsbesturen besloten vanwege meerdere redenen, waaronder een te negatieve insteek van de enquête, geen actieve oproep tot deelname te doen. Zo ook aan de TU/e.

door
illustratie Fran_kie / Shutterstock

"Er zullen zeker TU/e-onderzoekers hebben deelgenomen aan het onderzoek, hoeveel dat er precies hebben gedaan is onbekend", zegt Renee Westenbrink. "Niemand (vanuit de TU/e, red.) was direct betrokken bij het onderzoek." Vrijdag 9 juli publiceerde Cursor over de uitkomsten van de Nationale Enquête Wetenschappelijke Integriteit. De TU/e was zeker niet de enige universiteit die besloot haar wetenschappers niet actief op te roepen tot deelname aan de enquête. Volgens de Volkskrant namen tien van de vijftien universiteiten in Nederland dat besluit. 

Er zijn verschillende argumenten waarom universiteiten hun onderzoekers niet actief wilden oproepen tot deelname aan enquête. Zo wordt het middel, een enquête, niet geschikt geacht om zo'n gevoelig topic te onderzoeken, is de insteek te negatief en worden er geen gegevens per instituut bekend gemaakt. 

Publicatiedruk

De uitkomsten van het onderzoek zijn nu verschenen in twee nog niet door vakgenoten beoordeelde artikelen (artikel 1, artikel 2). Met 6.800 ingevulde exemplaren op 62.000 aangeschreven wetenschappers mag het toch een aardige respons genoemd worden. Bij de universiteiten waar het CvB wel had opgeroepen tot deelname, was de respons 21 procent. De factoren die de fraude in de hand zouden werken, zijn onderzocht door onder andere te vragen naar de werkomstandigheden. Vooral publicatiedruk - het afgerekend worden op zoveel mogelijk artikelen in de meest vooraanstaande wetenschapstijdschriften met hoge impactfactor - lijkt van grote invloed. 

Gowri Gopalakrishna, leider van het onderzoek en epidemioloog in het Amsterdam UMC, vertelde donderdag 8 juli in de Volkskrant dat het "erom gaat waar onderzoekers op afgerekend worden, en dat is op dit moment kwantiteit. In plaats daarvan wil je dat transparant, zorgvuldig onderzoek de norm wordt".

Daniël Lakens, sinds begin deze maand de nieuwe voorzitter van de Ethical Review Board van de TU/e, "wat overigens niet helemaal hetzelfde is als onderzoeksintegriteit", merkt Westenbrink op, was vrijdag 9 juli uitgebreid in het nieuws aangaande dit onderwerp, onder meer op Radio 1.

Deel dit artikel