Ionica Smeets start nieuw centrum voor wetenschapscommunicatie

“De dialoog tussen wetenschap en samenleving kan zoveel beter”, zegt hoogleraar Ionica Smeets. In opdracht van het ministerie gaat ze een nationaal centrum voor de wetenschapscommunicatie mede vormgeven.

door
foto Ype Driessen

Sinds enkele jaren draait het voor onderzoekers niet meer alleen om de hoeveelheid publicaties die ze op hun naam hebben staan. Universiteiten willen hen anders gaan beoordelen, bijvoorbeeld op hun didactische kwaliteiten, maatschappelijke bijdragen en dus ook op de manier waarop ze hun onderzoek voor het voetlicht brengen.  

Het ministerie van OCW moedigt dat graag aan en investeert in een nieuw centrum voor wetenschapscommunicatie. Kwartiermakers van het project zijn hoogleraar wetenschapscommunicatie, wiskundige en schrijver Ionica Smeets en Alex Verkade die hoofd Externe Relaties is van het SIA, de tak van het NWO die praktijkgericht hbo-onderzoek subsidieert.

U bent zelf zeer goed in wetenschapscommunicatie, is het opzetten van dit centrum nog steeds een uitdaging?

“Het is best spannend. We starten eigenlijk helemaal blanco en staan open voor samenwerkingen. Met een jaarlijkse subsidie van een miljoen in de komende tien jaar kunnen we een begin maken om structureel iets voor wetenschappers te betekenen, maar het is wel een grote uitdaging. Het veld is zo breed: niet alleen universiteiten en hogescholen, maar bijvoorbeeld ook wetenschapsmusea en zzp’ers die aan wetenschapscommunicatie doen – en dat dan over allerlei onderwerpen in allerlei vormen. Het wordt een grote opgave waar we welke ondersteuning kunnen bieden.”

Wat kan er volgens u beter aan de wetenschapscommunicatie in Nederland? 

“Vaak zie je dat bij een onderzoeksproject weinig mensen echt hebben nagedacht over wat ze met hun communicatie beogen. Terwijl ze zoveel mogelijk mensen proberen te bereiken, zijn dat in de praktijk vaak alleen collega-onderzoekers. Ook wordt er soms onnodig veel geld gestopt in een app die helemaal niet aanslaat bij de doelgroep. Bij dat soort vraagstukken zou het centrum advies kunnen aanbieden.”

Denkt u dat wetenschappers in Nederland moeite hebben met de vertaalslag naar een algemener publiek?

“Nou je ziet wel dat sommige wetenschappers hier goed in zijn, maar dat zijn vaak eenlingen die alles zelf uitzoeken. Een centrum kan bredere ondersteuning bieden en ook op onderzoek gebaseerde adviezen geven over wat er qua communicatie wel en niet werkt. De dialoog tussen wetenschap en samenleving kan zoveel beter.”

Alex Verkade houdt zich meer bezig met praktijkgericht onderzoek. Is er daar ook behoefte aan ondersteuning?

“Mijn beeld is dat in het hbo gedacht wordt dat praktijkgericht onderzoek net zo gepresenteerd moet worden als universitair onderzoek. Maar dat is totaal niet nodig. Juist hbo-onderzoekers staan dichtbij de maatschappij en werken samen met allerlei partijen. Zij weten misschien wel beter hoe ze met allerlei groepen in de samenleving over hun onderzoek kunnen praten.”

In het voorjaar is er een blauwdruk voor een nieuw centrum, schrijft het ministerie. Hoe gaat dat eruitzien?

“We starten in oktober met een eerste opzet en eind maart ligt er dan een plan. Als dat plan goedgekeurd wordt, dan kan het centrum in september beginnen. Maar alles ligt dus nog totaal open. Of het nieuwe centrum vaste medewerkers krijgt of niet, daar hebben we nog geen idee van. We kijken met bewondering naar de centra voor wetenschapscommunicatie in Duitsland en Engeland. Daar zie je wel dat zo’n centrum een belangrijke functie kan hebben.”

Hoogleraar wetenschapscommunicatie

Bij de faculteit Applied Physics is in december vorig jaar wetenschapsjournalist en natuurkundige Margriet van der Heijden aangesteld als bijzonder hoogleraar wetenschapscommunicatie. Op de website van de TU/e vertelt zij over haar plannen en waarom goede wetenschapscommunicatie zo belangrijk is: "Het onderlinge gesprek is essentieel." Ook vertelt ze in de podcast Sound of Science over de vragen die ze wil onderzoeken.

Deel dit artikel