En hoe is het in Hamilton?

Het is alweer een maand of drie geleden dat ik samen met mijn vriendin naar Canada vertrok om een maand lang alle mooie plekjes in het oosten te ontdekken. Het land waar de maple syrup rijkelijk vloeit, iedereen na het stappen een poutine eet, je wakker wordt van de eekhoorns, een kampvuur geen kampvuur is zonder warme s’mores en de Indian Summer niet lang genoeg kan duren!

Na Toronto, de grootste en belangrijkste stad van Canada, was het tijd om met een tentje de echte natuur in te duiken. Alhoewel er in het oosten geen echte bergen te vinden zijn, is de natuur en vooral de uitgestrektheid van het land toch wel adembenemend. Het Algonquin Provincial Park en Bruce Peninsula Park bieden plaats aan elanden, beren, wolven, herten en bevers. Kanoën op een van de vele meren moet je echt gedaan hebben.

De volgende bestemming was Montreal, genoemd naar de Koninklijke Berg en het Parijs van Noord-Amerika. Gedurende de zeer strenge winters in het noorden hoef je het daglicht nooit te zien: in het ondergrondse netwerk van tunnels bevinden zich tientallen bioscopen, kantoren en zo’n 1.600 winkels.

In Québec-City is Frans de officiële taal, door een (voor Canadese begrippen) rijke geschiedenis aan veldslagen tussen de Engelsen en de Fransen. Hier domineert het meest gefotografeerde hotel ter wereld samen met een indrukwekkende stadsmuur de skyline.

In de industriestad Hamilton, waar ik momenteel mijn stage aan het afronden ben aan de McMaster University, draait het studentenleven vooral om het bezoeken van kegger parties en het spelen van beerpong met de befaamde rode bekers. Een typische Canadees zal hier zijn koffie halen bij een echte Tim Hortons, sorry zeggen voor de meest onnozele dingen en voor elke meter een enorme pick-up truck pakken. Dat laatste maakt het fietsen een ware uitdaging voor iedere Nederlander.

Een bezoek aan een aantal van de 126 watervallen rond Hamilton, een ijshockeywedstrijd en uiteraard de Niagara Falls maken deze stage helemaal af!

Deel dit artikel