Foto | Satyaki Chaudhuri

Hajraa '17: vertrouwd recept met een nieuwe 'side dish'

De kracht van het jaarlijkse Hajraa-toernooi zit 'm in het vertrouwde recept: volleyballen in een festivaldecor van bier, patat, muziek en fysieke uitputting. Dit jaar baarde Europa's grootste buitentoernooi een nieuw 'zusje': zitvolley. “Leuk hoor, maar ik heb nu wel een beurse kont”.

Je zou kunnen stellen dat iedere deelnemer aan het Hajraa-volleybaltoernooi zichzelf al een handicap bezorgt, door het in de aanloop op een zuipen te gooien en tot diep in de nacht los te gaan. Ze verschijnen de volgende dag in ieder geval verzwakt, met kleine oogjes en een flinke kater aan de start. Een deel van hen zoekt aan de rand van het sportieve geweld al snel een tuinstoel, meegebrachte sofa of badlaken op, om de verloren slaap wat in te halen.

Toch leggen sommigen zich vrijwillig nog een beperking extra op. Op een bijveldje laten ze zich de les lezen door het Nederlands damesteam paravolleybal. Dat is een groep meiden, die – zoals hun bondscoach Pim Scherpenzeel het zelf formuleert – onderweg in het leven ergens 'beschadigd' is geraakt en daardoor niet meer in staat is om normaal te volleyballen. Eentje mist een arm, een ander twee benen en zo hebben ze allemaal hun eigen fysieke ongemak. Hun beperking heeft hen gelukkig niet gedwongen om te stoppen met hun geliefde sport. Op een verkleind veld, met een gladde, kunststof vloer en een verlaagd net, gaan ze enthousiast door en hebben ze het op de Paralympische Spelen in Rio de Janeiro zelfs tot de zesde plek geschopt.

Zie daar maar eens van te winnen! Studenten die zich uitgedaagd voelen mogen met dit gezelschap de strijd aangaan. Voorwaarde is wel dat ze de belangrijkste spelregel van deze volley-variant hanteren: de bips moet op de grond blijven. Dat is tegen de natuur in van sporters, die gewend zijn naar elke bal te duiken die op springafstand de grond dreigt te raken. Bij zit- of paravolley blijft een bal buiten bereik een bal buiten bereik. De Edese student Jesse Kling kampt na een potje zitvolley gelijk met aanpassingsproblemen: “Ik heb een beurse kont en een handpalm vol blaren, van al dat geschuif”. Want – nog even uitleggen – je mag je al zittend verplaatsen en daar heb je – probeer het zelf maar eens – toch echt handen bij nodig. De eenarmige paralympiërs zijn het gewend en bewegen zich opvallend wendbaar over de vloer.

Volgens Pim Scherpenzeel heeft deze volleybaltak de laatste jaren een flinke vlucht genomen in Nederland. “Maar hij wordt lang niet altijd beoefend door mensen met een fysieke beperking”, legt de bondscoach uit. “Vooral ouderen zien in zitvolley een mooi alternatief, om hun slijtende gewrichten wat te ontzien. Springen hoeft namelijk niet meer.”

Voor de rest was editie 2017 van Hajraa weer ouderwets herkenbaar en vertrouwd: een mix van sport, muziek, drank, patat en fysieke uitputting in alle verschijningsvormen. En de geuzennamen niet te vergeten, die sommige teams op hun shirt hebben laten drukken. Zo sjokt op veld 73 de uitgeputte 'Golden Shower' over het veld. Die naam dankt hij volgens een teammaat aan die ene editie van Hajraa dat hij voor een plas te moe was om zijn tent uit te komen en zichzelf en zijn tentgenoot een onaangename urinedouche bezorgde.

De organisatie sprak op zaterdag van een zeer geslaagd evenement. “We zijn met zijn honderdtwintigen al behoorlijk kapot na een week opbouwen”, legt wedstrijdsecretaris Nina van der Maaden uit. “Maar dat slapen we volgende week wel weer bij.”

Deel dit artikel