Het is geenszins zijn bedoeling om met een prominent wijzende vinger op de (digitale) voorpagina belanden. Want "het is geen ‘Maarten tegen de TU/e’", benadrukt Bouwkundestudent Maarten Trietsch, die naar eigen zeggen verder een te gekke Intro heeft gehad. “Maar dit vind ik wel even een issue.”

Met ‘dit’ doelt hij op de collectieve spreekkoren die tijdens de Intro door studenten werden ingezet op het nummer ‘Seven Nation Army’, waarvan het befaamde gitaarrifje in uiteenlopende gezelschappen (waaronder in voetbalstadions) graag wordt benut om ‘Alle Duitsers zijn homo’ of variaties daarop te scanderen.

Minder welkom

Trietsch, zelf homo, is zich ervan bewust dat het vaker gebeurt en dat er doorgaans geen boze “homofobe bedoelingen” achter zullen zitten. “Op huisfeestjes wordt het bijvoorbeeld ook wel eens gezongen. Maar ik had het nog niet meegemaakt binnen zo’n grote groep - dat was gewoon best intimiderend. Niet dat ik in een hoekje heb zitten snikken, maar je voelt je toch even wat minder welkom.” Zéker op een evenement dat is georganiseerd door de universiteit waar je nog moet gaan studeren en waar je je op je gemak wilt voelen, zo voegt hij eraan toe. En dat maakte dat de introganger ervoor koos twee filmpjes van de spreekkoren op Twitter te zetten.

De TU/e reageerde volgens hem snel en benadrukte dat de spreekkoren niet passen bij haar beleid ‘dat iedereen zich welkom moet voelen op onze universiteit’. Ook zouden de artiesten die later in de week nog zouden optreden, gebriefd worden over de onwenselijkheid van dergelijke nummers met daaropvolgende spreekkoren.

Dat Kris Kross Amsterdam hetzelfde nummer vrijdagmiddag tóch inzette, betreurt Trietsch. Artistieke vrijheid, muzikale routine, de wens van het publiek misschien - de student kan er weinig mee. “Het klinkt misschien wat moraliserend, maar dráái dat soort nummers gewoon niet meer. Ik snap dat je als artiest je publiek wilt meekrijgen en opzwepen. Maar daar is ook genoeg ándere leuke muziek voor, zonder dat het ten koste gaat van een specifieke groep.”

Hij beseft dat de controle hierop vanuit - in dit geval - de TU/e of Intro-organisatie ergens ophoudt. “Maar ik hoop dat ik in elk geval een gevoel van bewustwording teweeg kan brengen en dat we het gesprek hierover kunnen aangaan.”

Geen harde controle

De Centrale Introductie Commissie laat bij monde van Pim Suijkerbuijk weten de voorvallen “heel vervelend” te vinden. Hij benadrukt dat zowel de TU/e als Intro openstaat voor iedereen, en dat diversiteit bovendien een nadrukkelijk thema is in de training aan introbegeleiders vooraf.

Dat Kris Kross Amsterdam het nummer, tegen TU/e-verzoek in, op vrijdag alsnog inzette, betreurt hij, “maar daar hebben we geen harde controle op. Maar ik vind dat we als CIC wél rekening kunnen en moeten houden met hoe dingen kunnen overkomen; we nemen dit dan ook zeker mee in onze evaluatie”.

Ook Frank Baaijens, rector magnificus van de TU/e, zegt dat het goed is om het incident bespreekbaar te maken en geeft aan graag met eerstejaars student Trietsch in gesprek te gaan. Collegevoorzitter Jan Mengelers merkt wel op dat “in de huidige tijd de gevoeligheid over bepaalde onderwerpen is toegenomen” en dat het daardoor lastiger kan zijn om nog spontaan te reageren, uit angst iets verkeerds te zeggen of doen. “Het beperkt in sommige gevallen het nog naturelle kunnen bewegen in de openbare ruimte.”

Maar, zo zegt hij ook: “Als dit nummer uitnodigt om dit soort spreekkoren te starten, dan moeten daar in het vervolg vooraf afspraken over gemaakt worden om het niet te laten horen”.