Vragenbank | “Er schuilen nog een topsporter én een gymleraar in mij”

Deze keer zit op Cursors Vragenbank Wim Koch (61). Hij is directeur van het Studentensportcentrum, maar in zijn hart is hij nog steeds ook topvolleyballer, gymleraar en man die zijn diploma’s zelden zelf ophaalt. Hij is opgegroeid in Reuver, als oudste van vier kinderen in een warm gezin met zorgzame ouders. Hij geniet enorm van muziek en vindt dat een ‘dag niet gelachen’ gelijk staat aan ‘een dag niet geleefd’.

Wim heeft twee dochters en een zoon, allen al volwassen. Ze weten, net als iedereen die Wim kent, dat hij gepassioneerd is in het werk dat hij doet om van het Studentensportcentrum het hart van de campus te maken. Graag, heel graag, beantwoordt hij de vragen uit de hoge hoed. Daarvoor moet Cursor hem wel wegtrekken bij de koffiepauze die hij iedere dag met zoveel mogelijk SSC-medewerkers houdt in ‘zijn’ kantine. “Tijdens die koffie hoor je soms waardevolle informatie en zo houden we een goede band met elkaar.”

Wat maakt je onzeker?

“Nou, ik ben niet snel onzeker. Wel kan ik slecht tegen onduidelijkheid. Ik zal een voorbeeld geven: Toen ik jaren terug begon met het masterplan voor de verbouwing van het SSC, was er onduidelijkheid over de financiering. Dat kwam maar niet rond. Dan zet ik mijn tanden erin, want ik wil weten hoe ik het dan kan aanpakken. Ik heb andere manieren gezocht en onder andere gekeken naar het budget voor parkeervoorzieningen en de mogelijkheid om samen met Fontys te investeren in het Masterplan SSC. Ik vind onzekerheid geen fijn gevoel en een conflict voelt als een steen op mijn maag. Dat los ik liever zo snel mogelijk op. Toen ik net directeur was bij het SSC, in 2006, kwam er een professionalisering van de declaraties door nieuwe wetgeving. Ik bedacht me wat er allemaal fout kon gaan, heb snel een plan van aanpak gemaakt met accountants en toen kon ik weer verder. Dat is ook de topsporter in mij misschien; ik wil vooruit.”

Wanneer zweeg je toen je eigenlijk je mond had moeten opentrekken?

“Dat gebeurt me nooit. Kan ik een andere vraag nemen?”

Wat is je sterkste jeugdherinnering?

“Ik heb een sterke herinnering die zich steeds herhaalt. Toen ik achttien jaar was en mijn diploma van het vwo in Roermond mocht ophalen, was ik verhinderd. Ik moest met het Nederlands jeugdvolleybalteam mee naar Hongarije voor een kwalificatietoernooi. Ik vond de diploma-uitreiking een belangrijke afsluiting en baalde er enorm van, maar mijn vader en moeder hebben het diploma toen voor mij in ontvangst genomen. Enkele jaren later, bij de diploma-uitreiking van de Academie Lichamelijke Opvoeding in Tilburg, moest ik in Finland zijn voor een Europese kwalificatie. Ik mocht nog net even de bul aannemen, maar werd direct daarna door de teamarts meegenomen naar Helsinki. Mijn ouders en vrienden, zelfs mijn vriendin Elly, nu mijn vrouw, bleven achter op het feest. In 1996 heb ik de uitreiking gemist van het hoogste volleybaltrainersdiploma dat je maar kunt halen. Ik was toen met mijn gezin op vakantie, dat wilde ik ook niet missen. Maar in 2007, toen ik mijn masterdiploma voor Management en Organisatie in Tilburg in ontvangst mocht nemen, heb ik alles aan de kant geschoven. Ik wilde het niet nog een keer missen!”

Wat is je favoriete liedje en waarom?

“Oh, ik ben een groot muziekliefhebber en mijn interesse is heel breed. Ik houd van Vivaldi en de negende van Beethoven, maar ook van singer-songwriters die mij raken. De melodie komt eerst binnen en als de inhoud ook mooi is, heb je voor mij een hit. Ik kan genieten van Adele. Ook heb ik het songfestival gekeken en ik werd geboeid door Duncan, door de intensiteit van zijn lied. In november ga ik met Elly en een bevriend stel naar Waylon. We bezoeken ook tribute bands van Fleetwood Mac en Crosby, Stills, Nash & Young. Maar het mooiste lied, nog steeds actueel en heel belangrijk voor mij en heel veel mensen, is Another Brick in the Wall van Pink Floyd. Dit tijdloze nummer betreft ook de eenzame internationale student die hier op de campus loopt.”

Wie verdient volgens jou een tweede kans?

“Iedereen verdient een tweede kans. In de politiek gebeurt dat zelden. Kijk nu naar staatsecretaris van Vreemdelingenzaken Mark Harbers. Hij struikelde over misdaadcijfers onder asielzoekers en stapte meteen op. Hij is geslachtofferd. Misschien was het niet zijn eigen fout, geef hem toch de kans het recht te zetten.
Zelf kijk ik naar de kwaliteiten van mijn mensen. Als er iets fout is gegaan, wil ik analyseren wát en vraag ik de persoon om het opnieuw te doen, en dan beter. Dat is misschien de docent in mij; ik wil opvoeden.”

Wie of wat bezorgt jou de slappe lach?

“Laurel and Hardy doen dat. Ik zag ze weer bij het afscheid van Jan Mengelers en moet dan zó lachen! Ik zoek het wel eens op op You Tube na een drukke dag. Even endorfines scoren. Dat heb ik soms even nodig.”

In onze rubriek de Vragenbank laten we studenten en medewerkers vijf kaartjes uit onze hoge hoed met vragen trekken. Eén vraag mag worden geruild. Het volgende interview verschijnt over drie weken.

Deel dit artikel