Profpraat | Controle op afstand

In de strijd tegen het coronavirus is afstand houden een van de belangrijke maatregelen, maar dat is niet voor iedereen even makkelijk. Afgelopen weken ging Nederland massaal naar bouwmarkten en tuincentra, en stroomden met het mooie weer parken vol. Te vol. Eenvoudige hulpmiddelen én goede informatievoorziening zijn het meest effectief om mensen ‘op afstand te houden’, zegt TU/e-omgevingspsycholoog Antal Haans. Op dat laatste vlak zijn verschillende TU/e’ers nu druk bezig om de maatschappij te helpen bij de vormgeving van het nieuwe normaal.

door
foto Brigit Span

Sinds een paar weken gaan we meer op pad en wordt het weer drukker in het openbare leven. De combinatie zomers weer en lang weekend leidde met Hemelvaart en Pinksteren in meerdere parken zelfs tot boetes en het wegsturen van mensen die zich niet aan de coronamaatregelen hielden. Te vol, te weinig afstand. Het zijn dingen waar we voorlopig rekening mee moeten blijven houden. “We moeten er samen uitkomen en daar kunnen mensen wel wat hulp bij gebruiken”, zegt Antal Haans, universitair docent bij de vakgroep Human Technology Interaction.

Toch denkt hij daarbij niet meteen aan hightech oplossingen. “We moeten die hulp zo simpel mogelijk houden, dat biedt overzicht en duidelijkheid. Denk aan pijlen op straat die de looprichting aangeven. Mensen moeten er niet te veel over na hoeven te denken. Een coronapieper die via bluetooth in de gaten houdt of iemand niet te dichtbij staat is mooi, maar de vraag is hoe bruikbaar dergelijke systemen zijn. Meerdere mensen moeten die tool hebben en het geeft voortdurend lawaai. Het lijkt dus te straffen, terwijl het juist een hulpmiddel moet zijn.”

Haans vervolgt: “Het gaat erom dat je mensen helpt keuzes te maken. Neem de witte cirkels die beheerders van een park in New York op de grond schilderden. Heel doeltreffend: je bent je bewust van de afstand en ziet in een oogopslag of er nog plek vrij is. Zo kunnen we ons op een ontspannen manier aan de regels houden en is er ruimte om gezamenlijk te recreëren. Keep it simple.”

Veilig muzikaal uitje

Dat is wat ook Laetitia Ouillet ervaart. Voor het TU/e against COVID-19-platform, opgezet door TU/e innovation Space, werkt ze aan het project One.Five Concerts. Samen met studenten en TU/e-collega’s zoekt ze voor het Muziekgebouw Eindhoven uit hoe mensen weer op een veilige, maar toch ontspannen manier van hun muzikale uitje kunnen genieten.

“En dat omvat meer dan alleen het concert zelf. Zo zijn we nu aan het experimenteren met bloemen op de grond van de foyer. Een tafeltje in het hart, elk bloemblad op anderhalve meter daaromheen. Mensen kunnen zo samen bijkletsen en een drankje nuttigen zonder al te veel opletten.” Want niet voor iedereen is anderhalve meter vanzelfsprekend, benadrukt Haans. “Pak maar eens een meetlint en teken het maar eens uit. Of neem iets simpels als een stoeptegel als rekenmiddel. Die anderhalve meter is verder dan je denkt.”

Naast eenvoudige hulpmiddelen is volgens Haans ook het aanbieden van informatie essentieel om mensen gecontroleerd te laten bewegen en op afstand te houden. “Mensen moeten nu gaan samenwerken in een complex optimaliseringsvraagstuk. Je moet van tevoren weten hoeveel personen ergens zijn of worden verwacht om een goede beslissing te kunnen maken. Om onze samenleving weer goed op gang te krijgen, moeten we ons nu gaan richten op systemen die ons die informatie bieden.”

Optimale verdeling per concert

Voor het Muziekgebouw ontwikkelden wiskundestudenten onder leiding van hoogleraar Frits Spieksma al een model om de zaalverdeling per concert te optimaliseren, vertelt Ouillet. “Aan de hand van eerdere gegevens over het aantal bezoekers - komen ze bijvoorbeeld alleen, met z’n tweeën of in een groepje - kan berekend worden hoe ze geplaatst kunnen worden. Dat kan per genre verschillen, een popconcert heeft een ander dynamiek dan een pianorecital.”

“Met ons model kunnen we zien hoeveel plaatsingscombinaties de zaal kan bieden terwijl we rekening houden met de anderhalvemeter-eis. Vervolgens moeten we dan in het gebouw zelf ook kijken hoe we dat aantal mensen veilig kunnen laten doorlopen. Maar de wiskundige benadering die we gebruiken om een zaal in te delen is eigenlijk voor elk muziekgebouw of theater toepasbaar. We hopen dan ook dat niet iedereen zelf het wiel gaat uitvinden en onze kennis weet te vinden.”

Afstand in openbare ruimte

Een vergelijkbare methode, maar dan om zichtbaar te maken hoeveel mensen op een plein, in een park, of andere openbare ruimte passen met inachtneming van de juiste afstand, gebruikt Álvaro González García in zijn open-source (beta) web-app ConquerYourPlazas. Sinds de COVID-19 uitbraak zet de postdoc bij de ST-vakgroep Fysische Chemie zijn kennis in om de maatschappij te helpen met het virus om te gaan; hij vormde met een team ConquerYourSpace en hoopt zo snel mogelijk een TU/e-startup op te richten.

“Nu we weer langzaam uit de lockdown komen, moeten we inzichtelijk maken wat wel en niet kan. Met een paar klikken op een plattegrond is duidelijk hoeveel mensen er maximaal op een veilige manier op een bepaalde plaats kunnen rondlopen. Een handige tool voor allerlei toeristische hotspots, maar straks ook belangrijk voor concerten en evenementen.”

Hoewel García in zijn model ook de bewegingsruimte meetelt, is naast de wat meer ‘statische’ methodes ook real-life technologie belangrijk om mensen in goede banen te kunnen leiden, zegt Haans. Samen met hoogleraar Federico Toschi en onderzoeker Alessandro Corbetta van de thematische onderzoeksgroep Crowdflow (Fluid and Flows, TN) en ProRail bestudeert Haans hoe mensen zich op een station gedragen. Toschi: “Met 3D-sensoren kunnen we op een anonieme manier mensen als pixels op het station zichtbaar maken en volgen. Daardoor weten we hoeveel mensen er op een bepaald moment aanwezig zijn op een bepaalde plek. Door te monitoren kunnen we wiskunde modellen ontwikkelen die helpen om het bewegingsgedrag te optimaliseren. Looproutes uitzetten, op bepaalde dagen extra brede paden maken, een omroepsysteem en informatieborden met up-to-date informatie.”

Het monitorsysteem wordt door Corbetta momenteel nog aangepast - hoe maak je bijvoorbeeld automatisch onderscheid tussen gezinsleden die dicht bij elkaar mogen staan en mensen die de afstandsregels overtreden? “We zijn druk bezig om het op korte termijn ook daadwerkelijk te kunnen inzetten. In eerste instantie op het station, later mogelijk op andere potentiële drukke plekken. Studenten van de nieuwe Bachelor College USE-leerlijn ‘Physics of social systems’ die in september start, kunnen in ieder geval meteen met uitdagende maatschappelijke cases aan de slag.”

Deel dit artikel