jesadaphorn / shutterstock

Op weg naar een baan die bij je past

De ingenieur van de toekomst moet voorbereid zijn op een snel veranderende werkomgeving en daarvoor is alleen inhoudelijke vakkennis niet voldoende. Om studenten te stimuleren - en te helpen - meer werk te maken van het aanleren van professionele vaardigheden en het vormgeven van een eigen professionele identiteit, gaat de TU/e de komende jaren alle mogelijkheden die de universiteit op dat vlak aanbiedt bundelen en uitbreiden onder de noemer ‘Sustainable Employability for Students’.

door
illustratie jesadaphorn / shutterstock

De meeste TU/e-studenten maken zich weinig zorgen over hun toekomst; door het tekort aan ingenieurs vinden ze na hun afstuderen makkelijk een baan, zo is de gedachte. Hoewel dat op zich klopt, loont het beslist om al tijdens je studie na te denken over welke eigenschappen en vaardigheden je nodig hebt voor een succesvolle carrière in een snel veranderend werkveld, vertelt beleidsmedewerker onderwijsvernieuwing Kathinka Rijk.

“Het overgrote deel van de afgestudeerden vindt wel snel een baan, maar niet per se één die echt bij ze past, of die ze de mogelijkheid geeft om door te groeien. Daar moeten studenten al tijdens hun studie over nadenken en mee aan de slag gaan. Dat is een belangrijk punt in de Onderwijsvisie 2030 van onze universiteit, ook omdat zowel werkgevers als alumni aangeven dat hier meer aandacht aan besteed moet worden.”

Vaardigheden en ambities

De TU/e biedt al vele mogelijkheden voor studenten om zich te oriënteren op hun toekomstige werkveld, om hun ‘zachte’ vaardigheden verder te ontwikkelen en - met hulp van coaches en mentors - inzicht te krijgen in wat voor persoon en ‘professional’ ze (willen) zijn. Met andere woorden: wat zijn je sterke en zwakke punten en wat zijn je ambities?

“Je moet nadenken over of je jezelf in de toekomst ziet als bijvoorbeeld zzp’er, als werknemer of als ondernemer, en of je een internationale carrière ambieert”, zegt Annemarie Urselmann, manager student facilities bij Education and Student Affairs (ESA). “Het is zonde als je in de eerste vijf jaar van je carrière misschien wel vijf verschillende banen hebt omdat je niet weet wat bij je past.”

Voor de studenten blijkt het bestaande aanbod aan oriëntatie, trainingen en coaching op dit vlak echter nogal onoverzichtelijk, mede doordat sommige elementen, zoals ‘soft skills’, onderdeel zijn van het curriculum en met name carrière-oriëntatie vanuit de studieverenigingen wordt aangeboden. “Studenten zien door de bomen het bos niet meer”, aldus Rijk. Daarom is vorig jaar het programma Sustainable Employability for Students gestart, dat de komende jaren alle huidige en aanvullende initiatieven op een overzichtelijke manier bij elkaar moet brengen, om zo studenten te motiveren om aan hun professionele vaardigheden en identiteit te werken.

Pathways

Onderdeel van het programma is het project rond ‘pathways’: op de site pathways.tue.nl zijn zes professionele uitstroomprofielen te vinden (Technical Expert, Team Leader, Manager, Researcher, Entrepreneur, Educator) met voor elk profiel een aantal bijpassende vaardigheden. “Die vaardigheden zijn degene waarvan de bedrijven uit onze Company Advisory Board ons vertellen dat ze belangrijk zijn, en die vaak nog ontbreken bij onze alumni”, vertelt Linda Scheel van ESA. “Bedrijven geven namelijk aan dat ze vaak een jaar bezig zijn om van onze afgestudeerden gedegen professionals te maken.”

De genoemde website moet het door studenten gewenste overzicht bieden, aldus Scheel. “Als je inlogt, kun je zien welke extracurriculaire activiteiten de TU/e aanbiedt en welke vaardigheden je wellicht nog mist voor een bepaald profiel.” In aanvulling op de website is ook een verbeterd systeem van coaching in ontwikkeling. “Het is gebleken dat studenten echt iemand nodig hebben om te helpen reflecteren op hun ambities in relatie tot hun vaardigheden.” Momenteel loopt bij Werktuigbouwkunde een pilot die meer inzicht moet geven in welke vormen van coaching hiervoor het best werken. “Moet dat een professionele coach zijn, of liever een alumnus; in groepen of juist een-op-een?”

Intrinsieke motivatie

Scheel benadrukt dat het initiatief voor het pathways-project vanuit de studenten zelf komt. Het project, dat wordt gefinancierd vanuit de studievoorschotmiddelen, wordt grotendeels gedragen door de studenten in de adviesorganen en door een club student-assistenten van verschillende opleidingen. “Pathways wordt ook heel bewust geen onderdeel van het curriculum; de bedoeling is dat de intrinsieke motivatie van de studenten wordt aangesproken en dan moet je het niet verplichten.”

Deel dit artikel