“Met technologie alleen redden we het klimaat niet”

Ruim 150 mensen in de Blauwe Zaal en enkele tientallen online wisten woensdag 6 april het interview met hoogleraar Heleen de Coninck over het IPCC-rapport te waarderen. De hoogleraar Socio-technical innovation en climate change kreeg zoveel vragen dat ze na de lezing nog verder sprak met een groep studenten en medewerkers.

Gijs van de Sande (Studium Generale) opende de bijeenkomst in Auditorium met een alarmerende quote uit het maandag gelanceerde derde deel van het IPCC-rapport: “We are not on track at all and we radically have to limit greenhouse gases right now.” De Coninck wordt geïnterviewd over haar werk voor het IPCC-rapport, maar eerst krijgt ze de vraag hoe het ervoor staat met haar stressniveau, nadat zij weken lang veel tijd in de tekst heeft gestoken. “Het valt nog mee, ik ben niet zo gevoelig voor stress. Maar het goedkeuren van het rapport door alle betrokkenen was wel intens en ging veel langzamer dan de keren hiervoor.”

Die overheden hebben zich overigens vooraf gecommitteerd aan het rapport en kunnen de uitkomsten niet ontkennen. Maar hoewel het rapport relevant is voor beleid, dwingt het geen beleid af. Toch zijn overheden er erg op gebrand dat de woordkeuze naar hun smaak is, aangezien het rapport wel vaak leidend is voor de ontwikkeling van nieuw klimaatbeleid en invloed heeft op de economie. De Coninck: "Er is een reviewronde met alleen experts en eentje met experts en overheden. In totaal hebben we 59.212 commentaren gekregen in gigantische Excel-files die we stuk voor stuk moesten bekijken." De auteurs mogen een opmerking naast zich neerleggen, bijvoorbeeld als een overheid vraagt iets uit het rapport te laten terwijl dat feit wel uit een researchpaper naar voren is gekomen. Dat is een veiligheidsbuffer tegen te veel overheidsinvloed.

Het schrijven van het rapport was sowieso al een monsterklus: maar liefst 278 auteurs schreven mee en meer dan 18.000 papers werden geanalyseerd. De Coninck helpt daarbij nog even een misverstand uit de wereld: “De auteurs doen zelf geen klimaatonderzoek voor dit rapport, ze bekijken alleen bestaand onderzoek, waar conclusies uit worden getrokken.”

Systeemverandering nodig

In het gesprek komt ook een grafiek ter sprake die aangeeft hoe het ervoor staat met het klimaat. Die laat niet veel aan de verbeelding over: de uitstoot van broeikasgassen is alleen maar gestegen sinds 1990. Het decennium 2000-2010 had procentueel grootste stijging, maar de laatste jaren is een grote absolute stijging ingezet. Een andere grafiek laat zien hoe de temperatuurstijging zich kan ontwikkelen, afhankelijk van de maatregelen die we (niet) nemen. “Als we zo doorgaan, zitten we tussen 2 en 3 graden stijging”, schat de Coninck. “Er moet meer gedaan worden tegen klimaatverandering om te zorgen dat we in ieder geval het doel uit het IPCC-rapport van 2015 nog halen: 1,5 graad opwarming maximaal.”

Wat er dan precies voor maatregelen moeten komen? De Coninck heeft daar wel (radicale) ideeën over: we hebben een systeemverandering nodig. Overstappen van benzineauto's naar elektrische is géén systeemverandering. We moeten kijken naar het hele transportsysteem, anders kijken naar het verplaatsen van mensen en het bezitten van een auto moet dan geen standaard meer zijn, dát is pas een systeemverandering.” De Coninck erkent dat technologie kan helpen in het proces om de klimaatcrisis aan te pakken, “Maar met technologie alleen komen we er niet. We moeten anders gaan denken.”

Nevenfunctie

De vragen vanuit de zaal zijn veel te talrijk om binnen de geplande tijd aan de orde te kunnen komen. Toch probeert De Coninck er zoveel mogelijk te beantwoorden, zoals bijvoorbeeld of ze betaald wordt voor haar werk aan het IPCC-rapport. Dat is simpel: daar verdient ze niks aan. “Het is vrijwillig en in mijn geval vergoedt de Nederlandse overheid mijn reiskosten. De VN doet dat voor wetenschappers uit ontwikkelingslanden. Daarnaast maken de instituten waar de wetenschappers voor werken vaak wat tijd vrij, zodat de wetenschapper tijdelijk meer ruimte heeft om aan het rapport te werken. Maar het blijven ook veel eigen uren die erin gaan.”

Ook is men nieuwsgierig hoe we om moeten gaan met de toenemende klimaatmisinformatie. En hoe het werken is met landen als Rusland en China, want ook daar komen auteurs vandaan. “China doet het best goed”, weet De Coninck. "Die gaan vaak hun eigen doelstellingen voorbij. Rusland is een ander verhaal, dat is natuurlijk ook een grote exporteur van fossiele brandstoffen.”

De media-aandacht voor het rapport doet De Coninck in ieder geval glimlachen: “Ik ben blij te zien dat het zo goed wordt opgepakt, de NOS en TU Delft livestreamden zelfs de Q&A na de persconferentie van de VN. Heel fijn dit te zien.”

Deel dit artikel