Coaching en buddy’s steunen leden van studententeams

Intensieve coaching en een buddysysteem moeten meer steun bieden voor leden van studententeams. Een eerste pilot laat zien dat dankzij het ‘doorsijpeleffect’ het hele team daar baat bij kan hebben.

Twintig leden van studententeams namen het afgelopen jaar deel aan Delta: een nieuw ondersteunend programma van TU/e innovation Space. In dat programma krijgen de studenten ondersteuning op het gebied van onder meer leiderschap, hoe om te gaan met uitdagingen en zelfreflectie. Professionele coaches helpen de studenten zo bewuster en effectiever te handelen, wat ook hun teams ten goede komt, legt Bart Koppelmans van innoSpace uit. “Ze worden betere managers.” 

Het programma is niet specifiek gericht op het welzijn van de studenten, maar draagt daar wel aan bij. Het grootste probleem waar vooral erg betrokkken leden van studententeams tegenaan lopen is stress. Die ontstaat volgens de programmamanager van de studententeams, Madis Talmar, wanneer de uitdaging voor studenten te groot is. “Je leert het best als je precies genoeg uitgedaagd wordt. Is dat te veel of te weinig dan wordt het lastig.” 

Moonshotty

De projecten van studententeams zijn vaak erg ambitieus en zelfs “moonshotty”, aldus Talmar. “Soms is het doel bijna onhaalbaar, maar de studenten gaan er toch voor.” Het is niet ongebruikelijk dat het welzijn van de teamleden, en dan vooral die van het bestuur of fulltimers, verstrengeld raakt met het einddoel of -product. “Het feit dat ze willen uitblinken met hun project is wat ze motiveert. Ze willen moeilijkheden overwinnen. Onze taak is om dat in goede banen te leiden, zodat het niet te moeilijk of onmogelijk wordt.” Studenten moeten daarbij niet vergeten dat ze zich in een leeromgeving begeven, benadrukt hij. Want uiteindelijk zou leren het hoofddoel moeten zijn. 

Deels omdat het bij studententeams om leren draait, is er volgens Talmar een sterk gemeenschapsgevoel. “Er is weinig onderlinge concurrentie. Studenten leren in dezelfde ruimte en met dezelfde middelen, methodes en kennis. Er is dus veel onderlinge ondersteuning.” Ook binnen de teams helpen studenten elkaar. En de meeste teams zijn volgens hem groot genoeg om zelfs interne conflicten zelf op te lossen, omdat er altijd wel iemand binnen het team is die zich neutraal opstelt en op zoek gaat naar een productieve oplossing.

Buddy

Er schuilt wel een gevaar in het onderling opvangen van werkdruk, stelt Koppelmans. “Vooral bestuursleden beschermen andere leden van het team. Als het werk te veel wordt, nemen zij het meestal op zich.” Omdat bestuursleden veel verantwoordelijkheid dragen, kunnen zij veel baat hebben bij het Deltaprogramma. Een buddysysteem, dat nog in oprichting is, richt zich zelfs specifiek op het welzijn van bestuursleden. Vanaf dit academisch jaar staan twee voormalig studententeamleden klaar voor alle teams. 

Het is een wezenlijk ander concept dan het TU/e-brede Confidential Peer Support programma, vertelt Koppelmans. “Dat is meer reactief, terwijl de buddy’s echt actief bij bestuursleden gaan vragen hoe het met ze gaat.” Dat doen ze een keer per maand. Het kan dan ook zijn dat er niets te vertellen valt, voegt Talmar daaraan toe. “Dat is ook prima. Het gaat erom dat studenten weten dat er iemand voor ze is, die zich bekommert om hun welzijn.” De buddy’s worden getraind om problemen op te lossen, risico’s te herkennen en goed door te kunnen verwijzen. 

Flexibel

Bovenop het Delta-programma en de buddy’s, komt er dit jaar nog een nieuw initiatief van de grond. Dat is in samenwerking met de faculteiten Built Environment en Chemical Engineering, die samen met innovation Space studenten meer flexibiliteit willen bieden bij hun leertraject. Talmar: “Die faculteiten gaan ook extra coaching bieden, maar dan meer op technisch vlak. Het gaat dan om het toepassen van theoretische kennis in de praktijk.” De studenten krijgen daar ook studiepunten voor. En dat draagt dan toch weer bij aan hun welzijn, aldus Koppelmans. “Want zo doen ze ook tijdens hun periode bij een studententeam, toch nog wat voor hun studie. Het verlaagt de werkdruk.” Hoe dat allemaal gaat lopen, moet nog blijken. Maar, voegt hij toe: niet alleen de studenten zitten in een leertraject. Dat geldt ook voor innoSpace zelf. “Iedereen leert.”

Deel dit artikel