Internationals krijgen humoristische geschiedenisles

Tijdens de Welcome Days voor eerstejaars internationals kregen studenten een bijzondere introductie tot hun nieuwe thuisland. Comedian en stadsgids Luuk van der Vaart nam hen met zijn voorstelling “The Story of the Netherlands” mee op een razendsnelle tijdreis door de Nederlandse geschiedenis.

“Ik gebruik geschiedenis om uit te leggen hoe de samenleving van vandaag is ontstaan.” Met een mix van historische feiten en luchtige grappen nam hij de studenten mee terug naar de 12e eeuw, toen de eerste steden stadsrechten kregen en het land langzaam vorm kreeg. Ook de Tachtigjarige Oorlog (1568–1648, red.) kwam aan bod, waarin de Noordelijke Nederlanden zich losvochten van Spanje en uiteindelijk onafhankelijk werden.

Typisch Nederlands? Directheid en fietscultuur

Van der Vaart legde uit hoe de opkomst van het protestantisme invloed had op de Nederlandse mentaliteit: “Alleen wie niets te verbergen had, zou naar de hemel gaan. Dus het was belangrijk om open te zijn en rechtuit te spreken.” Hij maakte er een grapje van: “Mensen zijn in Nederland zo direct dat anderen denken dat we aso’s zijn, maar we worden gewoon verkeerd begrepen.” Het publiek lachte.

Van der Vaart vertelde ook over de ontwikkeling van de Nederlandse fietscultuur. “Met de kennis van geschiedenis kun je de ontwikkelingen waarderen die we vaak voor lief nemen”, zei hij. Na de Tweede Wereldoorlog werd de auto steeds populairder, maar het verkeer in een dichtbevolkt land werd te druk en jaarlijks kwamen er veel mensen om bij verkeersongevallen. Tijdens de oliecrisis midden jaren zeventig kreeg de fietser officieel erkenning als onderdeel van het verkeerssysteem. Sindsdien is er geïnvesteerd in infrastructuur, met veilige verbindingen tussen steden en dorpen,  en is de fiets niet meer weg te denken uit het dageljikse verkeer.  

Slavernij en onderdrukking

Van der Vaart gebruikte de voorstelling om de vraag te beantwoorden: “In wat voor samenleving leven wij eigenlijk?” Hij behandelde historische feiten en legde steeds de link naar het heden. Zo vertelde hij over de VOC, de Vereenigde Oost-Indische Compagnie (1602–1798, red.), die handelde in onder meer oliën en specerijen. Nederland dankt aan de VOC de zogenaamde Gouden Eeuw, maar de handelmaatschappij was ook verantwoordelijk voor slavernij en onderdrukking van de inheemse bevolking in de gekoloniseerde gebieden.

Van der Vaart legt een actuele parallel die voor iedereen herkenbaar is: “Wie draagt hier kleren die gemaakt zijn dankzij slavernij aan de andere kant van de wereld, zonder erover na te denken?” Een deel van de handen gaat omhoog. Vervolgens zegt hij: “Wij leven aan de ene kant van de medaille, in comfort en veiligheid. Zo was het toen ook. Aan de andere kant waren er koloniën en moorden om een monopolie op nootmuskaat te behouden.”

Coffeeshops

Naast deze zwarte bladzijde uit de geschiedenis belichtte Van der Vaart ook luchtigere kanten van de Nederlandse cultuur, zoals de cannabis-cultuur. Zeelieden gebruikten wiet tijdens lange zeereizen om verveling en misselijkheid tegen te gaan. Later ontstonden de beroemde coffeeshops, waar gebruik van cannabis voor persoonlijke consumptie werd toegestaan. Volgens Van der Vaart draagt dit bij aan de open en tolerante mentaliteit in Nederland, al voegde hij droogjes toe: “Open en tolerant? Ja, soms… maar soms ook niet.”

Eindhoven

Aan het einde van de voorstelling vertelde Van der Vaart over het ontstaan van Eindhoven. Door de dorre, onvruchtbare grond was het gebied relatief goedkoop, waardoor veel ondernemers hun fabrieken hier vestigden. Vooral de sigarenfabrieken, en later de Philips-fabrieken, trokken veel werkzoekenden.. Zo groeide Eindhoven in slechts vijftig jaar van zo’n 5.000 inwoners naar een stad van 110.000 mensen. 

Philips bouwde woningen, scholen en andere voorzieningen, waardoor er een sterke community ontstond. “Eindhoven heeft zijn eigen verhaal,” zegt Van der Vaart. “Onder de rivieren – dat wil zeggen in het zuiden – zijn er kleine gemeenschappen die goed voor elkaar zorgen; de regio is minder competitief en meer coöperatief, met veel aandacht voor feesten en gezelligheid, zoals tijdens de jaarlijkse carnavalsvieringen.”

Tot slot gaf Van der Vaart de nieuwkomers praktische tips om snel wegwijs te worden in Nederland. Van Spotify-playlists vol Nederlandstalige muziek tot series en documentaires die inzicht geven in het dagelijks leven. “Leer in ieder geval de taal, tenminste de basis”, drukte hij ze tot slot op het hart. Om ze vast een vliegende start te geven, leerde hij ze het woord “gezellig”, het onvertaalbare woord dat gebruikt wordt in ontspannen sociale situaties om aan te geven hoe leuk we het hebben met z’n allen. “Dit gaan jullie nog veel horen”, verzekerde hij.

Deel dit artikel