De TU/e heeft sinds september 2001 een stilteruimte, bedoeld voor iedereen die een moment van rust of bezinning zoekt. Maar omdat De Hal op de nominatie voor sloop staat, moest die ruimte afgelopen 1 september dicht.
Op de vijfde verdieping van het Hoofdgebouw zijn inmiddels twee nieuwe gebedsruimtes ingericht, tegenover de lift en in de nabijheid van twee toiletten en een wasruimte - het laatste is onder meer van belang voor moslims met het oog op het rituele wassen voorafgaand aan het gebed.

De ruimtes werden geregeld door het Onderwijs en Studenten Service Centrum (STU) en ingericht in overleg met Mosaic, vertelt Mehmet Imamoğlu van deze multiculturele studentenvereniging. Voornaamste klussen waren het regelen van warm water via Dienst Huisvesting en het aanpakken van de vloer. “Tijdens het gebed knielen we en komen we met ons hoofd op de grond”, vertelt Imamoğlu, masterstudent Real Estate Management and Development bij Bouwkunde. “De vloer moet daarom schoon zijn en liefst een zacht oppervlak hebben.” De eigenaar van een winkel aan de Woenselse Markt sprong bij en schonk Mosaic enkele tapijten en nieuwe gebedskleedjes om de gebedsruimten mee in te richten.

Een andere kwestie waarmee rekening moest worden gehouden, was de qibla, oftewel de gebedsrichting binnen de islam. Deze ‘Mekka-lijn’ staat diagonaal op de muur, vertelt Imamoğlu. Dienst Huisvesting heeft schermen geplaatst om de mensen die bidden, af te scheiden van voorbijgangers. De twee gebedsruimtes zijn namelijk met elkaar verbonden; de ene ruimte is alleen toegankelijk via de andere, waardoor passanten anders voor de bidders langs zouden moeten lopen.

Volgens Imamoğlu kwamen voorheen in De Hal per gebed dertig tot zestig studenten naar de gebedsruimte. Vooral Indonesiërs en Pakistanen maken gebruik van de voorziening, maar ook studenten -van zowel de TU/e als Fontys- uit onder andere Iran, Libanon, Turkije, Marokko, Egypte, Somalië,  Bosnië en China weten de ruimte regelmatig te vinden.

De ruimte lag in De Hal vlakbij de ICTheek en bibliotheek, waardoor veel studenten voor hun studie toch al in hetzelfde gebouw waren. Imamoğlu durft dan ook niet in te schatten hoeveel studenten de nieuwe gebedsruimtes in het Hoofdgebouw regelmatig gaan opzoeken.