In het Laplace-gebouw is erg veel belangstelling voor de ontwerpen van de studenten Industrial Design op de ‘Final Demo Day’. Op wisselende tijden staan er in verschillende delen van het gebouw projecten uitgestald. Niet alleen belangstellenden en studenten mogen komen kijken, ook assessoren en coaches nemen een kijkje tijdens de presentaties. De officiële beoordeling komt half januari pas. Maar dit is, zoals de naam het al zegt, de laatste dag dat de studenten hun uiteindelijke product mogen presenteren.

Een van de Industrial Design (ID)-studenten die vandaag presenteert is Trudie Bosse. De tweedejaars ID-student heeft samen met haar groepje een opdracht gekregen van het bedrijf Janssen-Fritsen, ontwikkelaar van speel- en turntoestellen. “Wij moesten iets ontwerpen wat het minder erg maakt als je niet zo goed bent in gym. Er zijn altijd kinderen die niet goed zijn in gym en al snel op de bank moeten zitten als ze af zijn.”, vertelt Bosse. Zo kwamen ze op het idee om een interactieve bank te maken. “Het is een bank met een gymmat als zitgedeelte, want de mat is altijd erg populair tijdens gym”, aldus Bosse. Bosse laat zien dat de mat vol zit met ledlichtjes en sensoren waardoor je er spelletjes mee kan doen. “Het is alleen niet de bedoeling dat kinderen het te leuk vinden, want anders gaan ze expres af in een spel”, licht Bosse toe.

In een andere vleugel presenteert een masterstudent zijn afstudeerproject. Koen Scheltenaar laat zien waarmee hij het afgelopen jaar bezig is geweest. “Loep is een design thinking toolkit. Docenten kunnen deze toolkit gebruiken in hun lessen om hun leerlingen creatief te leren nadenken over bepaalde problemen”, pitcht Scheltenaar. In de toolkit zitten houten fiches die bijvoorbeeld aansporen tot samenwerking of zaken van een andere kant bekijken. Zodra je ze op een sensor legt, springt er een uitleg over het fiche open op het computerscherm. Scheltenaar vertelt dat hij altijd geïnteresseerd is geweest in hoe zij op de opleiding leren denken als een designer. “Als je het probleem van een hele andere kant gaat bekijken, vind je vaak betere oplossingen,” verklaart de masterstudent. Het product is zelfs zo populair dat er al heel veel geïnteresseerden zich hebben gemeld. “Ik heb veel met mensen in het werkvlak samengewerkt en dat scheelt heel veel.” Wel moet er volgens Scheltenaar nog heel veel aan het product worden gedaan, voordat het uiteindelijk de markt op kan. Maar trots is hij zeker.