“Het draait hier om de toekomst van het verkeer”, legt Evelien Brascamp uit, woordvoerster van de Innovatiecentrale. De opzet is vrij simpel: iedereen met een goed idee op het gebied van smart mobility kan de Innovatiecentrale gebruiken om dat idee tot leven te wekken.

De Innovatiecentrale, naar eigen zeggen 'dé proeftuin voor smart mobility', is ontstaan uit een samenwerking tussen de provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat, AutomotiveNL, DITCM Innovations en Connecting Mobility. Volgens Brascamp is het belangrijk om "samen te werken om als Nederland verder te komen, in plaats van allemaal op ons eigen eilandje te blijven zitten".

Afgelopen december werd daarom ook een samenwerkingsovereenkomst met de strategic area Smart Mobility van de TU/e getekend. Master- en PDEng-studenten van de universiteit gaan vanaf eind februari een aantal uitdagingen aan bij de Innovatiecentrale. De TU/e'ers gaan onder meer verder werken aan een bestaand project rond spookfiles op de A58, onderzoek doen naar de potentiële rol van social media in verkeersmanagement en het gebruik van het live verkeerssysteem SIMACAN onder de loep nemen, zo is het plan.

Speeltuin van verkeersdata

Carlo van de Weijer, directeur van TU/e's strategic area Smart Mobility, is onder meer enthousiast over de enorme hoeveelheid data rond verkeer en mobiliteit die binnen de Innovatiecentrale verzameld wordt. "Het is één grote speeltuin van verkeersdata, daar kunnen we als universiteit ons ei heel goed in kwijt. We zeggen als TU/e goed te zijn in onder andere smart mobility en big data; dat kunnen we daar mooi bewijzen".

Hoeveel TU/e-studenten bij de Innovatiecentrale aan de slag gaan, kan Van de Weijer nog niet zeggen. Om te beginnen wil de TU/e volgens hem komende maand een aantal workshops houden om, samen met vooral promovendi uit de hoek van automotive en data science, te gaan "exploreren" welke mogelijkheden er liggen. "Maar ik voorzie dat we daar ontzettend leuke dingen kunnen gaan doen en dat onze onderzoekers nadrukkelijk van toegevoegde waarde gaan zijn."

De samenwerking moet leiden tot onder meer stages en afstudeeropdrachten voor TU/e-studenten. Van de Weijer verwacht dat de eerste concrete projecten nog voor de zomer gaan lopen. 

Woordvoerster Brascamp van de Innovatiecentrale vindt de samenwerking met de TU/e heel vanzelfsprekend. Het contact was er altijd al, maar de recent getekende overeenkomst moet meer richting geven aan de samenwerking. Volgens Brascamp is de samenwerking goed voor zowel de Innovatiecentrale als de TU/e, omdat ze hun verschillende expertises met elkaar kunnen delen, wat voor meer diepgang zorgt. “De universiteit levert de kennis en menskracht; wij leveren de faciliteiten en de connecties met het bedrijfsleven.”

Bron: e52.nl