Jan van Hest nieuwe wetenschappelijk directeur ICMS

Hoogleraar Jan van Hest neemt op 1 mei het stokje over van hoogleraar Bert Meijer als nieuwe wetenschappelijk directeur van het Instituut voor Complexe Moleculaire Systemen (ICMS). "Ik ben zeer vereerd", zegt Van Hest, die in 1996 promoveerde bij Meijer, in een eerste reactie.

door
foto Vincent van den Hoogen

Hoogleraar Jan van Hest (49) voorziet geen problemen bij het combineren van zijn huidige werkzaamheden als leider van de onderzoeksgroep Bio-organische Chemie met die van wetenschappelijk directeur van ICMS. "Bij die eerste functie heb ik een zeer inhoudelijke taak, dus dat is goed te combineren met elkaar. Het gaat me ongetwijfeld extra tijd kosten, maar ik ben zeker bereid die erin te steken. Het is een eer om dit instituut, dat Bert Meijer de afgelopen tien jaar heeft opgebouwd en dat internationaal veel faam heeft opgebouwd, verder te leiden."

Meijer (62) zal een grote rol blijven spelen bij het ICMS. Hij blijft aan als co-directeur om ondersteuning te geven aan het nieuwe team van Van Hest, bestaande uit managing director Monique Bruining en de leiders van de zeven 'pilaren' van het instituut. De zeven pilaren zijn polymer science & engineering, materials-driven regeneration, chemical biology, complexity & networks, functional supramolecular systems, molecular devices en 4D characterization of soft matter.

Twee kapiteins

Is Van Hest niet bang dat er vanaf 1 mei twee kapiteins op een schip aanwezig zijn? "Nee, helemaal niet. Ik ben blij dat Bert mij en het instituut blijft bijstaan. Hij heeft een enorm netwerk en is uitstekend op de hoogte over wat er op dit gebied wereldwijd aan onderzoek plaatsvindt. Ook zijn contacten met bijvoorbeeld Den Haag zijn van grote waarde", zegt van Hest.

Van Hest promoveerde in 1996 aan de TU/e bij Meijer. Na een post-doc bij hoogleraar Dave Tirrell aan de University of Amherst in de VS en een onderzoekersaanstelling bij DSM Research, volgde zijn aanstelling als hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Op 31-jarige leeftijd werd hij daar hoogleraar bio-organische chemie.

In 2016 keerde hij terug naar de TU/e. Sinds juni 2017 is hij ook actief als voorzitter van de studiegroep die onderzoekt welke onderzoeksgebieden voor de TU/e in 2030 mogelijk interessant kunnen zijn.

Deel dit artikel