door

Terug over de Maas

12/03/2019

Nu carnaval al bijna een week voorbij is en ik nog steeds aan het nagenieten ben van de zere keel en andere carnavalskwaaltjes vond ik het ook tijd voor een moment van reflectie. Wat zijn we nu eigenlijk allemaal aan het doen die dagen? En vooral, waarom vinden we dat vooral de mensen uit het zuiden van het land (gelovig of niet) recht hebben op deze katholieke vorm van vrijwillige zelfdestructie?

“Waar ze lauwe biertjes tappen en van carnaval niets snappen” (C.V. de Kapotte Kachels, 2019)

Twee weken geleden, met carnaval in het vooruitzicht, ging ik met Delftse studenten het gesprek aan of zij ook gingen carnavallen. Carnaval bleek niet het meest populaire feestje te zijn, er stond zelfs een tussentoets gepland op carnavalsdinsdag. Duidelijk puntje van verschil met de hermetisch afgesloten TU/e tijdens carnaval.

Anyway, tijdens dat gesprek kwam natuurlijk ook de carnavalsvraag der carnavalsvragen aan bod: wat is dat nu eigenlijk ‘carnaval’? Ja, das een goeie vraag… Wij als zuiderlingen doen wel altijd zo prominent (tijdens carnaval) dat die ‘anderen’ van boven de rivieren er niets van snappen, maar weten we het zelf eigenlijk wel?

Wanneer het over carnaval gaat, gaat het ook vaak over ‘die import’ tijdens carnaval. In mijn eigen dorp in Zeeuws-Vlaanderen is dit niet echt een issue. Maar in steden zoals Tilburg, Den Bosch, en natuurlijk Eindhoven worden er treinen vol carnavalsgangers van boven de rivieren afgeleverd -vaak duidelijk te herkennen aan de goedkope onesie van de Primark. Voor ons (lees: mensen geboren onder de rivieren) vaak aanleiding om ons het recht op het vieren van carnaval toe te eigenen. Want ja, die anderen, die snappen er tóch helemaal niks van.

Nou, toen mijn studenten aan mij vroegen wat carnaval dan voor mij precies inhield, kwam ik ook niet veel verder dan: “Ja uh, beetje gezellig doen, optochten lopen, bier drinken met CV de Zuipcilinders en conform de Van Dale ‘nog een laatste keertje gek doen voor de Vastenavond’.”

Ook al ging ik als baby al mee naar carnaval met mijn ouders, en weet ik dus eigenlijk niet beter, is dat ‘genoeg’ om het wel te snappen? Kun je carnaval in een later stadium in je leven leren? Of wellicht is er helemaal niet zoiets als ‘wat IS carnaval?’. Misschien is carnaval gewoon beter te bevatten als een gevoel van vrijheid, van samenzijn met je vrienden, oude bekenden weerzien, of een moment waarop even alles heel veel kan en iedereen dat ook even zou moeten geloven.

Dus, als jij het ultieme carnavalsgevoel te pakken denkt te hebben wanneer je in je Primark-onesie met een lauwe beker bier over Stratumseind waggelt, dan is dat alleen maar mooi! Volgend jaar komen ‘ze’ vast weer allemaal terug. Terug over de Maas richting voornamelijk Brabant en Limburg. En weet je, misschien moet dat gewoon helemaal prima zijn. Ten slotte, alles kan toch met carnaval?

Deel dit artikel