Bert Meijer treedt toe tot algemeen bestuur NWO

Hoogleraar Bert Meijer, werkzaam bij de faculteiten Scheikundige Technologie en Biomedische Technologie en wetenschappelijk directeur van het Instituut voor Complexe Moleculaire Systemen, treedt per 1 januari aanstaande toe tot het vijfkoppige algemeen bestuur van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).

NWO-voorzitter Jos Engelen is verheugd met de komst van de Eindhovense hoogleraar: “Bert Meijer is een vooraanstaand wetenschapper met een indrukwekkende staat van dienst. De academische wereld is hem goed bekend en zeer lief, en hij kent en begrijpt het onderzoeksintensieve bedrijfsleven. Bovendien brengt hij bestuurlijke ervaring mee. Hij zal naadloos passen in het bestuur van NWO en met betrokkenheid mede richting geven aan het beleid in dynamische tijden.”

Meijer zelf heeft ook veel zin in de functie: “Vanuit de volle overtuiging dat grensverleggend wetenschappelijk onderzoek aan de basis ligt van alle grote maatschappelijke uitdagingen, zal ik me met overgave inzetten om als lid van het algemeen bestuur van NWO de Nederlandse wetenschap te stimuleren en zij die de wetenschap vanuit die filosofie bedrijven te ondersteunen.”

Het algemeen bestuur van NWO stelt de hoofdlijnen van het beleid en de begroting vast. Het bestuur van NWO bestaat per 1 januari naast Meijer uit voorzitter Jos Engelen en bestuursleden Franciska de Jong, Cees Veerman en Marianne de Visser. Met een jaarlijks budget van ruim 500 miljoen euro is NWO een van de grootste wetenschapsfinanciers in Nederland.

Voor zijn wetenschappelijke prestaties heeft Meijer geregeld prijzen ontvangen, waaronder in 2001 de NWO-Spinozapremie. Vorige week sleepte hij als hoofdaanvrager nog een Zwaartekrachtsubsidie van OCW binnen van 26,9 miljoen euro voor het starten een onderzoekscentrum voor functionele moleculaire systemen. Binnen dit centrum, waarbij door de TU/e-divisie Molecular Science & Technology wordt samengewerkt met verwante onderzoekers van de universiteiten van Groningen en Nijmegen, gaan vier onderzoeksprogramma’s van start, waarin de ontwikkeling van functionele materialen, moleculaire motoren en getrapte katalyse centraal staat, met nadruk op niet-evenwichtsprocessen.

Deel dit artikel