“Met 13.000 studenten zit de TU/e aan de limiet”

Rector Frank Baaijens zegt dat TU/e met de ongeveer 13.000 studenten die er momenteel studeren, aan haar limiet zit. Enerzijds, omdat alleen zo de onderwijskwaliteit te garanderen is, maar ook omdat anders de fysieke mogelijkheden er niet meer zijn om alle studenten en medewerkers goed onder te brengen. “Een extra gebouw zet je niet zomaar neer en heeft jarenlang een enorme impact op je begroting.” Als in een nieuw regeerakkoord een extra miljard wordt uitgetrokken voor het hoger onderwijs, iets waar al jaren op wordt aangedrongen, zou dat de situatie volgens hem sterk verbeteren.

Met belangstelling wacht rector Frank Baaijens en wachten ook de decanen van de TU/e op 1 mei. Op die datum moeten studiekiezers zich hebben aangemeld voor een opleiding en dan wordt duidelijk op welke instroom de TU/e komend studiejaar kan rekenen. In de Business Intelligence-portal staat dat op dit moment het aantal vooraanmeldingen voor TU/e-opleidingen 3.811 bedraagt, met daaraan gekoppeld een verwachte instroom van 1.829 eerstejaars. Dat zijn er aanzienlijk minder dan er dit jaar zijn begonnen (2.154 eerstejaars), en bij de Nederlandse studenten zou daarmee sprake zijn van een terugloop van vierhonderd startende studenten in september. Die daling wordt voor een deel gecompenseerd door een groeiende buitenlandse instroom. Deze getallen moeten met de nodige voorzichtigheid worden bekeken, zegt Baaijens, "omdat de huidige pandemie het moeilijk maakt te voorspellen wat de Nederlandse studiekiezers gaan doen".

Baaijens: “Gaan ze een jaar wachten met het beginnen van een studie, omdat ze vrezen voor veel online onderwijs in het begin? Of durven ze de stap toch aan, in de veronderstelling dat er met ingang van het nieuwe collegejaar weer veel meer fysiek onderwijs mogelijk is? Dat laatste is waar wij op hopen en waar we ons hard voor gaan maken: zoveel mogelijk studenten en medewerkers weer naar de campus halen.” Er wordt volgens Baaijens geprobeerd  meer duidelijkheid te verschaffen aan twijfelende scholieren, “onder meer door met studiekiezers te bellen en ze voor een individueel kennismakingsbezoek uit te nodigen op de campus”.

Limiet

Overigens zou hij het niet erg vinden om komend collegejaar weer zo’n 2.000 eerstejaars te verwelkomen. “Al vijf jaar ligt onze instroom zo rond die 2.000 eerstejaars en met dat aantal weten we het totale aantal studenten om en nabij de 13.000 te houden. Maar daarmee zitten we wel aan onze limiet. Met dit aantal kunnen we de onderwijskwaliteit garanderen die we nastreven en die ook nodig is om de ingenieurs af te leveren van het niveau waaraan vooral het bedrijfsleven in de Brainport-regio behoefte heeft. Op dit moment ligt onze gemiddelde docent-student-ratio op 1 staat tot 21, en meer moet dat niet worden als je kijkt naar ons kleinschalige onderwijsmodel. Liever zouden we de verhouding nog wat terugschroeven naar 1 staat tot 17. En als we boven de 13.000 studenten uitkomen, raken we ook serieus in de knel met de capaciteit die we hebben om onze studenten op te vangen.”

Het neerzetten van een nieuw gebouw op de campus is volgens Baaijens geen reële optie. “Daar hebben we nu simpelweg de middelen niet voor en los daarvan kost het veel voorbereidingstijd om een nieuw gebouw gerealiseerd te krijgen. Het heeft ook jarenlang een stevige impact op je begroting. Kijk bijvoorbeeld naar de komende renovatie van Gemini, het gebouw van Mechanical Engineering en Biomedical Engineering. Die renovatie kost de universiteit grofweg zo’n honderd miljoen euro, en op de balans vinden we straks elk jaar een post van tien miljoen euro aan kosten terug. Dat betreft dan niet alleen de kosten voor de afschrijving, maar ook voor onderhoud, schoonmaak, energie, bewaking, et cetera. En wat je uitgeeft aan een gebouw, kun je niet uitgeven aan je medewerkers.”

Numeri fixi

Om op het niveau van 13.000 studenten te blijven is het volgens de rector nu niet nodig om voor meer opleidingen een numerus fixus in te voeren. Voor het komend collegejaar geldt een instroomlimiet voor drie bacheloropleidingen: Industrial Design, Built Environment en Computer Science & Engineering. Voor de bachelor Mechanical Engineering is nu een NT2-taalniveau vereist om in september te mogen beginnen. Hans Kuerten, opleidingsdirecteur van Mechanical Engineering, vertelde in januari dat voor het collegejaar 2022-2023 voor die bachelor een terugkeer naar een numerus fixus onvermijdelijk is. Baaijens zegt desgevraagd dat de discussie daarover met de faculteit nu plaatsvindt.

Hij denkt overigens dat er bij enkele opleidingen zeker nog ruimte is om te groeien, zowel in de bachelor als master, en dit met oog op de vraag van het bedrijfsleven. “Dan moet je denken aan Electrical Engineering, Applied Physics, of Chemical Engineering & Chemistry. Bij bedrijven zoals bijvoorbeeld ASML is veel behoefte aan de afgestudeerden van die opleidingen. Al moet dit er niet toe leiden dat de instroomcijfers opeens richting 2.500 eerstejaars gaan”, haast hij zich te zeggen. “Dan hebben we extra middelen nodig en zolang die er vanuit Den Haag niet komen, moeten we ervoor waken onze medewerkers - die vanwege de coronacrisis al lange tijd op de tenen lopen - niet nog verder te belasten. Nu is een docent bij veel opleidingen jaarlijks goed voor zo’n duizend studiepunten. Dat is te veel en laat te weinig tijd over voor de onderzoekstaak. Want ook voor het onderzoek richten we ons nadrukkelijk op topkwaliteit.”

Bijkomen

Baaijens hoopt dat in zomervakantie het wetenschappelijk en ondersteunend personeel de mogelijkheid te baat neemt om ook echt bij te komen van het afgelopen coronajaar. “We zien dat mensen veel minder vakantiedagen hebben opgenomen, dus keihard hebben doorgewerkt om alles in goede banen te leiden. Daarom het dringende advies: neem je vrije dagen op tijdens de zomervakantie. Na de vakantie gaan we zeker geen ingrijpende veranderingen doorvoeren. We hopen dat iedereen op die manier op een normaal werkniveau aan het nieuwe academische jaar kan beginnen.”

Deel dit artikel