door

Niet wéér die gelijkheid

02/06/2015

Afgelopen weekend was ik op een camping in het Gelderse Vierhouten, middenin de Veluwse Bible Belt. In het lokale openluchttheater stond een gereformeerde zangvoorstelling van ‘De Vierde Musketier’ op het punt van beginnen. Een man in een rood mantelpakje reageerde echter afwijzend toen ik met mijn (gemixte) dispuut een kijkje wilde nemen: “Nee, we doen niet aan vrouwen hier.”

Terug in het goddeloze Eindje bekeek ik een pijnlijke statistiek op de voorpagina van NRC-Next: Ondanks dat 54% van de universitair afgestudeerden vrouw zijn, zijn slechts 16% van de hoogleraren dat ook. Hoewel we geenszins vrouwen zo expliciet weigeren als die musketier, heeft de academische wereld wel last van impliciet seksisme.

In het NRC-artikel noemen vier vrouwelijke hoogleraren legio stuitende voorbeelden, zoals mannelijke professoren die aan zwangere promovendi vragen of ze geen abortus overwegen. Een beetje als: “Alain, stop maar met voetbal, want je dissertatie moet over 2,5 jaar klaar zijn. Eet ook wat minder; dat kost zo te zien ook best veel tijd.”

Niet alleen de academische wereld kan er wat van: toen onlangs bekend werd dat voetbalspel FIFA ’16 ook vrouwenteams zal bevatten vroegen mannen zich af of die mokkels dan ook hun shirt uittrekken als ze scoren?

Seksisme bespreken is niet nieuw, maar mensen die het onderwerp aansnijden, worden dikwijls harder weggezucht dan Zwartepiet-demonstranten. Toen Hans van Duijn twee jaar terug aankondigde vrouwen voorrang te geven, stond volgens een paar Cursor-reaguurders het land aan de rand van de afgrond wegens ‘deze discriminatie’ en repte een boze brief aan Geenstijl over Stapeloïde vrouwenstudies.

De TU/e moet zich niet laten ontmoedigen door deze alfamannetjes en vooral vrouwen aannemen en promoten. Het zou mooi zijn als leidinggevenden er tevens voor zorgen dat collega’s haar niet nafluiten, optillen, of huishoudgrapjes maken. Want die ken ik al.

Deel dit artikel