Instroom bij Industrial Design zal halveren in 2018

Als de TU/e-faculteit Industrial Design dit jaar al een numerus fixus had ingevoerd, had men bijna de helft van de studiekiezers de deur moeten wijzen. Dit jaar stroomden namelijk nog 232 eerstejaars in, komend jaar zullen dat er nog maar 120 zijn. Die teruggang is volgens decaan Aarnout Brombacher broodnodig om de staf de komende jaren de ruimte te geven om verder te bouwen aan een coherent onderzoeksprogramma.

“Het is moeilijk rennen als je schoenveters aan elkaar geknoopt zijn”, zegt Aarnout Brombacher, die over vier maanden na acht jaar decanaat bij Industrial Design het stokje overdraagt aan de Taiwanese hoogleraar Lin-Lin Chen. Wat hij ermee wil zeggen, is dat de wetenschappelijke staf van ID de komende jaren minder tijd kwijt moet zijn met onderwijs, “waardoor ze de ruimte krijgen om verder te bouwen aan een coherent onderzoeksprogramma. Want goede onderzoekers hebben we voldoende, maar er moest meer focus komen. Dit heeft geleid tot de opzet van twee onderzoeksclusters, te weten Future Everyday en Systematic Change. Clusters die niet compleet los van elkaar staan, maar waartussen over en weer ook veel verbindingen bestaan.”

Maar daarvoor is dus wel nodig dat er de komende jaren aanzienlijk minder studenten gaan instromen. Brombacher: “Na elk collegejaar zullen we opnieuw bekijken wat het jaar daarop mogelijk is, want uiteindelijk zou onze opleiding weer moeten toegroeien naar een ideale instroom van zo’n 170 eerstejaars. Dat we komend jaar de instroom zo sterk terugsnoeien, heeft direct te maken met de sterke stijging van dit jaar. Van 183 eerstejaars in 2016 schoten we omhoog naar 232 dit jaar. Dat moeten we in 2018 compenseren. Het heeft er dus niets mee te maken dat onze afgestudeerden niet gewild zouden zijn op de arbeidsmarkt. Integendeel.”

Over de verdere ontwikkeling het van onderzoeksprogramma en het binnenhalen van middelen uit de tweede en derde geldstroom is Brombacher optimistisch gestemd. “Er zijn in ons vakgebied niet echt bedrijven te vinden waar een grote zak met geld klaar ligt, maar we moeten het meer hebben van consortia waarbinnen universiteiten, bedrijven en de overheid samenwerken. En die consortia moet je wel zelf opbouwen. Dat lukt steeds beter en binnen een aantal daarvan staat onze faculteit goed voorgesorteerd.”

Als er straks een coherenter onderzoeksprogramma staat, verwacht Brombacher ook dat er meer bachelors zullen doorstromen in de master. De afgelopen jaren waren dat elk jaar zo'n acht tot tien studenten. Brombacher: "Dat aantal willen we op termijn opvoeren naar zestig per jaar."

Meer cijfermateriaal over de instroom van 2017/2018

Ook bij de TU/e-opleidingen Technische Informatica, Technische Bedrijfskunde en Biomedische Technologie wordt komend collegejaar een numerus fixus van kracht. Bij deze drie opleidingen had men dit jaar ook al studiekiezers moeten weren als er nu al een studentenstop was ingesteld. Informatica had in dat geval 72 eerstejaars minder aan boord gehad. Daar stroomden nu 292 studenten in, terwijl komend jaar het maximum is vastgesteld op 220 eerstejaars.

Biomedische Technologie, met daarbij ook de track Medische Wetenschap en Technologie, gaat dit jaar met 242 instromers ook al over de cap van 225 eerstejaars voor komend jaar. Technische Bedrijfskunde overschrijdt dit jaar de toekomstige cap van 250 studenten met ‘slechts’ 11 studenten. 

In totaal stonden er begin oktober 2.293 eerstejaars studenten ingeschreven aan de TU/e (een stijging van 11,9 procent ten opzichte van vorig jaar). Het valt op dat Bouwkunde met een stijging van 43,7 procent weer volop in de lift zit. Daar staan 181 studenten ingeschreven ten opzichte van 126 vorig jaar. Andere sterke stijgers zijn Sustainable Innovation (47,1 procent), Electrical Engineering (22,1 procent) en Werktuigbouwkunde (14,4 procent). Bij Technische Wiskunde (-22,2 procent) en Technische Natuurkunde (-9,2 procent) is juist sprake van een daling.

Met overall 27 procent is het aandeel vrouwen dit jaar gelijk aan dat van vorig jaar. Procentueel zitten de meeste vrouwen bij Biomedische Technologie (52 procent) en Industrial Design (47 procent). De tracks Medische Wetenschappen en Technologie (69 procent) en Psychology & Technology (56 procent) steken daar nog bovenuit. Bij de track Automotive (5 procent) en de opleiding Werktuigbouwkunde (8 procent) is het aandeel vrouwen het kleinst.

Bijna een op de acht eerstejaars komt dit collegejaar uit het buitenland. In absolute aantallen stijgt het aantal internationale bachelors van 184 in 2016 naar 275 in 2017. Precies honderd daarvan vonden onderdak bij Werktuigbouwkunde. Ook Informatica (88), Electrical Engineering (57) en Bouwkunde (51) zijn populair bij de buitenlandse studiekiezer. 

Deel dit artikel