Strategische investeringen blijven staan ondanks hoge energiekosten

De universiteitsraad stemde vorige week in met de begroting voor 2023. Komend jaar verwacht de TU/e 10 miljoen euro meer kwijt te zijn aan energiekosten. De strategische investeringen die het College van Bestuur in mei al aankondigde, blijven echter staan en daarmee komt het tekort op de begroting voor 2023 uit op een bedrag van 27,3 miljoen. Dat geld haalt de universiteit deels uit het eigen vermogen (onder andere reserves), dat is gegroeid door de positieve nettoresultaten in de voorgaande jaren.

door
foto Frederica Aban / iStock

Nee, Harold Weffers, voorzitter van de financiële commissie van de universiteitsraad, maakt zich niet direct zorgen over dat begrote tekort van 27,3 miljoen voor het komend jaar, maar zegt er wel meteen bij “dat de U-raad heeft geconstateerd dat er sprake is van een verhoogd risico.” Vorige week stemde de U-raad in met de begroting voor 2023. Weffers geeft er een toelichting op: “De afgelopen jaren werkte de universiteit al vaak met negatieve begrotingen, al is het bedrag nog nooit zo hoog geweest. Maar aan het einde van elk boekjaar zagen we de afgelopen jaren dat er toch nog miljoenen niet waren uitgegeven, waarbij één van de belangrijkste redenen het niet kunnen invullen van openstaande vacatures lijkt te zijn.” Zo bleef er in 2021 15,4 miljoen over en de verwachting is dat er eind dit jaar nog 9,9 miljoen niet zal zijn uitgegeven.

Weffers: “De U-raad heeft eerder dit jaar in het kader van de Voorjaarsnota al ingestemd met een voorstel voor kaderstellende hoofdlijnen van de begroting, waarbij toen werd uitgegaan van een begroot tekort van ongeveer 15 miljoen." Daar komen nu deels verwachte en deels onverwachte kosten bij, aldus Weffers, "waarbij het deel verwachte kosten te maken heeft met investeringen waarvoor de TU/e eerder al financiële middelen heeft ontvangen, bijvoorbeeld de zogeheten NPO-middelen, maar waaraan pas in 2023 met vertraging gewerkt zal gaan worden. Die financiële middelen worden dus budgetneutraal vanuit de reserves bekostigd. En dan is er het deel ‘eerder nog onverwachte kosten’, dat te maken heeft met toegenomen kosten voor de energierekening. Die komen naar verwachting uit op 10 miljoen euro.”

Strategische investeringen

Maar ook nu de energiekosten voor de universiteit in 2023 sterk stijgen, zal het College van Bestuur geen concessies doen als het gaat om de strategische investeringen die in het voorjaar al werden vastgelegd in de zogeheten Kaderbrief 2023 (alleen in te zien via intranet). Die investeringen moeten ‘inhoud geven aan onze ambities die we hebben op het gebied van onderzoek en onderwijs en de werkdruk van docenten verlichten’, staat in het begrotingsstuk. Het CvB rekent ook op extra middelen afkomstig uit de sectorplannen en van zogeheten rolling grants, een soort eigen werkkapitaal voor onderzoekers dat moet zorgen voor meer rust in het stelsel.

Weffers zegt dat de U-raad blij is met deze investeringen en met het feit dat het CvB al vroeg heeft aangegeven hoe ze die extra middelen op een strategische manier willen gaan inzetten. De extra investeringen van 17,3 miljoen zijn bedoeld voor uitbreiding van de wetenschappelijke staf, voor het bewerkstelligen van een docent/student-ratio van 1 op 18 voor alle programma’s en faculteiten, en voor een uitbreiding van onderzoeksfaciliteiten en een verdergaande digitalisering, onder meer in de vorm van digitale labfaciliteiten. Het moet de universiteit voorbereiden op een groeiend aantal studenten; in 2026 verwacht het CvB dat er 14.600 rondlopen op de campus.

Schaalsprong

In het begrotingsstuk wordt ook melding gemaakt van de schijnbare tegenstelling die uit de nu gepresenteerde begroting naar voren lijkt te komen. ‘We moeten blijven investeren in onderwijs, onderzoek en valorisatie om de strategische ambities waar te maken, maar tegelijkertijd zien we een negatief resultaat voor de komende jaren.’ Want ook na 2023 worden nog aanzienlijke tekorten begroot, zoals 22,8 miljoen voor 2024 en 17,4 miljoen voor 2025. ‘Daarbij moeten maatregelen genomen worden om voor meerdere jaren financieel gezond te blijven. (…) Als we niet op tijd investeren, zullen we niet goed kunnen omgaan met de groei (naar 14.600 studenten, red.), of met de schaalsprong na dat moment.’

Er wordt wel op gewezen dat het compenseren van de tekorten uit de reserves ook zijn beperkingen heeft de komende jaren. Uiteindelijk zullen die weer kleiner moeten worden. Zo zou volgens de meerjarenbegroting het tekort voor 2027 nog maar 4,2 miljoen moeten bedragen.

Deel dit artikel