Universiteit zegt vertrouwen op in ombuds: vakbonden bezorgd
De vakbonden maken zich grote zorgen over de positie van de ombudsfunctionaris, blijkt uit een verklaring die ze deze week hebben gepubliceerd. Door eind juni schriftelijk het vertrouwen in haar op te zeggen, heeft de universiteit de ombuds volgens de bonden ‘vleugellam’ gemaakt. De TU/e zegt zelf haar contract niet te verlengen.
Steun van het College van Bestuur (CvB) is volgens vakbonden FNV, AOb en CNV de belangrijkste voorwaarde voor een ombudsfunctionaris om te kunnen functioneren. Het feit dat de universiteit het vertrouwen heeft opgezegd, maakt dat medewerkers niet meer ‘zinvol’ bij de ombuds terechtkunnen, stellen zij. De verklaring – die op intranet is gepubliceerd – moet medewerkers van de TU/e daarvan bewust maken, aldus vakbondsvertegenwoordiger Jan Vleeshouwers. "Mensen gaan niet zomaar naar de ombuds, het gaat vaak over serieuze misstanden. We kunnen de gemeenschap niet meer laten geloven dat het allemaal werkt.”
Rechtszaak
De steun voor de ombuds was al langere tijd ver te zoeken, aldus de vakbonden. Zo zou de universiteit grote moeite hebben haar kritiek en adviezen te omarmen. Dit schrijft ook ombudsfunctionaris Anna Soedira zelf in haar meeste recente jaarverslag: ‘Implementatie blijkt moeizaam te zijn en lijkt onvoldoende prioriteit te krijgen.’ Steun ontbrak volgens de vakbonden echter ook op andere vlakken. Zo verwijzen ze naar een recente rechtszaak, waarin het CvB vertrouwelijke correspondentie met de ombuds openbaar maakte.
Deze zomer stelde de universiteit een extern onderzoek in naar verschillende zaken waarbij vertrouwelijke ombudscommunicatie was ingebracht. Dat onderzoek loopt nog en is naar verwachting deze herfst afgerond, laat de woordvoerder weten. Er wordt daarbij ook gekeken naar de invulling van de rollen van onder meer het CvB, de ombuds, de universiteitsraad en de bonden, schrijft het collegebestuur in een eigen verklaring. ‘Het is de bedoeling om tot consensus te komen en daarmee een goede basis te bieden waarmee een nieuwe Ombuds kan beginnen.’
Te weinig vertrouwen
De verklaring van het CvB verscheen twee dagen na de publicatie van de vakbonden op het intranet. Vlak voor de zomervakantie had het CvB naar eigen zeggen al besloten de samenwerking met de ombudsfunctionaris niet te verlengen wanneer het contract in november afloopt. Als reden geeft de universiteit dat er onderling te weinig vertrouwen meer is. Over waarom dat zo is, zegt de woordvoerder niks te kunnen delen in verband met vertrouwelijkheid. De vakbonden zijn van mening dat het universiteitsbestuur de procedure uit de ombudsregeling niet volgt, en niet concreet aangeeft waar het in het werk van de ombuds aan schort.
Volgens Vleeshouwers zou onderling vertrouwen überhaupt niet het belangrijkste argument moeten zijn. “De ombuds is een doorgeefluik voor problemen in de organisatie en geeft adviezen over hoe die op te lossen. Het bestuur moet kijken naar wat er in de adviezen staat en dat uitvoeren. Of niet, en dan goed onderbouwen waarom niet.”
De universiteit streeft ernaar om de rol van ombuds in november opnieuw in te vullen en stelt in de verklaring zestien belangrijke aanbevelingen te hebben gebundeld uit verschillende rapporten, waaronder die van de ombudsfunctionaris, en te werken aan de implementatie daarvan. In de verklaring gaat de universiteit verder niet in op de aantijgingen van de vakbonden.
Geen doodlopend spoor
De vakbonden willen in gesprek blijven met het CvB, zegt Vleeshouwers. “Dit is geen doodlopend spoor. We willen nog steeds dat er een ombuds is. We moeten praten over wat er nodig is om dit in de toekomst op een goede manier te laten lopen. Dat zal nog een hele discussie worden.”
Het CvB gaat ervanuit dat de ombuds het contract uitdient. In de tussentijd kunnen mensen ook terecht bij de vertrouwenspersonen en de klachtencommissies. Zelf laat de ombuds weten zeer te betreuren dat het zover is gekomen. Verder kan ze er inhoudelijk op dit moment niets over zeggen.
Discussie