door

Dutch Solar Challenge

26/10/2015

Een Brabantse vlag hing over zijn schouders toen hij de zaal in het Australische Adelaide toesprak. Als de belichaming van een soort Brainport-superheld keek Tom Selten van het Solar Team breed grijzend de zaal rond, en zei: “…Dutch Solar Challenge.”

Ook al was het een slip of the tongue, een inside joke of een self-fulfilling prophecy; het maakt niet uit. Want toen de lucht in Eindhoven grijs en kil was, CO2 door de Stratumse straten sloop en de zonneschijn werd opgezogen door de herfstmist, domineerde de Nederlandse 3TU de Australische outback.

Dat is knap, dat is heel knap. Dat is ongelooflijk, verdomd knap. Dat is alsof Nederland goud, zilver én brons haalt op de Olympische Spelen bij het ski-schansspringen.

Maar hoe goed Delft en Twente ook waren, vergeet ze even. Ik vraag me af: hoe kun je níet fan zijn van Stella en het Solar Team? Zij doen niet alleen mee aan de race, zij doen ook mee aan een droom. Zij rijden rond met een visie, een toekomst en een eindproduct waar we ooit nog onze aankopen van de Drie Dwaze Dagen van de Bijenkorf in kwijt kunnen.

Normaal heb ik helemaal niets met auto’s en heb ik het liever over de kleur dan over het merk of model-type. Maar, lieve Stella Lux, jij bent anders, jou benoem ik met naam en toenaam. Jouw fonkelende huidje van photovoltaische halfgeleiders behandel ik met het respect van een koningin.

Solar Team, jullie hebben een topprestatie afgeleverd. Stella Lux is een liefdesbaby van duurzaamheid en comfort, het resultaat van een paringsdans tussen excellente ingenieurs, een trofee die uitblinkt in aerodynamische schoonheid.

Het maakt niet uit of jullie over twee jaar weer winnen: Door vast te houden aan jullie visie, hebben jullie al meer bereikt dan dat Japanse karretje dat bijna van de weg werd geblazen door een zuchtje wind. Ook al rijden jullie in de volgende editie rond met 500 kilo bakstenen in het laadruim, ik blijf fan.

Deel dit artikel