Diederik Jekel. Foto | Bart van Overbeeke

Tumoren opsporen doe je thuis

“Ja, de titel van mijn lezing is enigszins provocatief”, zegt de spreker, “maar de ontwikkeling van biosensoren gaat dan ook bizar snel. Over dertig jaar zijn biosensoren in ieders huishouden heel gewoon.” Wetenschapsjournalist Diederik Jekel hield woensdagmiddag op uitnodiging van SensUs en Studium Generale een lezing over de revolutie waar we volgens hem middenin zitten.

Diederik Jekel, als diabetespatiënt van jongs af aan bekend met het gebruik van biosensoren, vindt de uitvinding van apparaten die met een unieke stof een bepaalde ziekte kunnen aantonen revolutionair. “Dat het mogelijk is om zelf het suikergehalte in je bloed te meten heeft niet alleen de levensverwachting van veel diabetici enorm verhoogd, maar het emancipeert de patiënten ook. Niet naar het ziekenhuis te moeten verhoogt de kwaliteit van leven sterk.”

SensUs is de studentencompetitie die zich richt op ontwikkeling van biosensoren. TU/e-team T.E.S.T. is een van de tien deelnemers aan de wedstrijd en vandaag uiteraard aanwezig in de Blauwe Zaal. Voor het eerst van zijn leven gaat Jekel strippen op een podium, want graag wil hij laten zien waar zijn permanente biosensor zit. Met zijn T-shirt omhoog toont hij het apparaatje aan zijn buik. Via bluetooth gaan er continue gegevens naar zijn iPhone over de stand van zijn bloedsuiker. “Een biosensor maken is eenvoudig. Bedenk wat je wilt weten, zoek een unieke stof die dat kan aantonen en bouw een apparaatje dat die stof meet. Liefst in zo klein mogelijke concentratie.”

Hij vertelt over toekomstperspectieven en over biosensoren die we al heel gewoon vinden, bijvoorbeeld de zwangerschapstest en het blaaspijpje bij alcoholcontrole. De kanarie in een kolenmijn, die eerder stierf aan CO-vergiftiging dan de mijnwerkers en zodoende een waarschuwing gaf, is ook een biosensor, “hoewel ethisch niet zo verantwoord.”

Over ethiek wil hij het ook nog wel eens hebben. “En dan liever voordat we allerlei dingen kunnen, dan achteraf bespreken of we die sensoren wel willen kunnen gebruiken.” De afgelopen jaren zijn er enorm grote stappen gezet in het kleiner maken van hightech-apparatuur. Zelf heeft Jekel natuurkunde gestudeerd in Twente en hield hij zich bezig met nanotechnologie. “Met grafeen zijn laagjes te bouwen met de dikte van een atoom. Daar kunnen we mee werken! Het is mogelijk een organ-on-a-chip te bouwen.”

We kunnen nog veel meer. “Een chip implanteren bij een blind of doof mens, zodat die weer kan zien of horen. Een biosensor maken om hersenen herinneringen te laten vergeten. Een kweekvleeshamburger laten groeien, of een bloedvat, of een orgaan.” Ook de 3D-printer is een revolutionair apparaat omdat het bruikbaar is voor de gewone mens.

“Mijn ouders maakten zich zorgen over mijn illegaal gedownloade muziek, jullie moeten bij jullie kinderen rekening gaan houden met illegaal zelf-geprinte volautomatische wapens”, waarschuwt hij. De zaal lacht –niet voor het eerst deze middag- , maar Jekel voegt toe dat het een serieuze opmerking van hem is.

Met de combinatie van biosensoren, nanotechnologie en 3D-printers, zal de wereld totaal veranderen. Er zijn al weinig mensen nodig voor handwerk, binnenkort nemen computers ook het denkwerk over. Hij weet zijn lezing af te ronden met een algemene waarschuwing: “Let op wat er allemaal aan het veranderen is in de wereld. En wees slim!”

Deel dit artikel