Het afgelopen jaar is bijzonder vreemd geweest en ook voor sporters was het een gekke periode. Om dan nu sporters en een sportvereniging van het jaar aan te wijzen, zoals gebruikelijk, leek de Eindhovense Studenten Sport Federatie ongepast. ESSF-voorzitter Eleonoor Jordans legt uit: “Niet iedereen heeft kunnen laten zien wat-ie kan. Voor de ene vereniging is het sportseizoen eerder afgekapt dan voor een andere, want bij individuele sporten kon bijvoorbeeld meer dan bij teamsporten. En competities en toernooien zijn afgelast. Kortom, het is niet het jaar om sportman of sportvrouw van het jaar uit te roepen, dat zou oneerlijk zijn.”

Maar ESSF wil 2020 ook niet zomaar voorbij laten gaan. “We hebben de verenigingen dus gevraagd wie ze zouden willen voordragen, en daar zijn twintig nominaties uit voortgekomen. In overleg met het vorig bestuur en met het Studentensportcentrum hebben we drie toppers gekozen in plaats van dé sportvrouw en dé sportman. Het zijn ijshockeyer Bart van Dijk (Icehawks), wielrenner Mathijs Loman (Squadra Veloce) en klimmer Jacco Pereboom (ESAC).

Het alternatief voor een bekendmaking tijdens een gala was het Instaccount, dat Jordans méér volgers gunt dan de huidige 386. Op Insta meldde ESSF enkele van de vele prestaties van de toppers. Loman bleef fietsen en bewees met sportactivity-tracker Strava onder andere dat hij sneller was dan profrenner Philippe Gilbert. Van Dijk wordt geroemd om zijn scoor-vaardigheden en zijn opbouwende kritiek richting zijn Icehawks-teamgenoten. Pereboom hoorde bij de tien beste deelnemers van 72 uur durende European Adventure Race in Tsjechië, waarbij hij liet zien tussen het klimmen door ook snel te kunnen fietsen, lopen en kajakken.  

Coronaklap

Een vereniging van het jaar kiezen was voor ESSF óók te lastig. “Dan zou je moeten kijken wie er het leukst met de coronamaatregelen is omgegaan. Dat is een beetje gek. Dus, ook weer in overleg met het Studentensportcentrum, hebben we besloten de eer naar het vorig bestuur te laten gaan. Zij zijn degenen die de klap van corona hebben moeten opvangen. Zij hebben onwijs veel betekend voor de sportverenigingen en hebben zich continu ingezet om oplossingen te vinden. Door hen kon er tóch gesport worden door sportkaarthouders.”

Wat we volgens Jordans ook niet mogen vergeten is dat het 57^ste bestuur een noodbestuur opvolgde en met veel inspanning de koepelorganisatie voor studentensportverenigingen weer nieuw leven inblies.