Volop persaandacht voor de Eindhovense zonnewagen.

TU/e-team klaar voor World Solar Challenge

Op het vlak van software en strategie kan nog wat winst worden geboekt, maar verder zijn Solar Team Eindhoven en Stella er klaar voor. Een paar weken zijn de TU/e-studenten en hun zelfgebouwde gezinsauto op zonne-energie nu in Australië, waar op 6 oktober de World Solar Challenge van start gaat.

Het was een belangrijke proef voor Stella, de racesimulatie die Solar Team Eindhoven (STE) gisteren en eergisteren hield: in twee dagen legde de wagen bijna negenhonderd kilometer af. Ze doorstond de proef glansrijk. “Qua energie presteert Stella op de Australische weg natuurlijk een stuk beter dan in Nederland”, merkt teamlid André Snoeck tevreden op.

De deelnemers aan de World Solar Challenge hebben in Australië een stuk weg van zestig kilometer lang tot hun beschikking waar ze hun wagens onbeperkt kunnen testen, zonder hinder van ander verkeer. Grote aanpassingen aan hun wagen heeft STE down under niet meer hoeven doen, vertelt Snoeck via Skype vanuit Darwin. “Kritische fouten aan de hardware zijn er na de vele testen in Nederland al uitgehaald. Al hebben we nog wel een en ander geoptimaliseerd aan bijvoorbeeld de aerodynamica. Tijdens het rijden merk je bijvoorbeeld waar er nog wind in de auto komt en waar dus een naadje zit dat nog dicht moet.”

De software en rijstrategie zijn in Australië op dit moment de belangrijkste aandachtspunten. Snoeck: “We zouden de challenge in principe nú kunnen rijden, maar er zijn nog wat zaken die beter kunnen. Zo zijn er soms kleine storingen, zoals in de wifi-verbinding tussen Stella en onze strategy car die van de week een paar keer wegviel.”

Het strategy team houdt vanuit deze volgauto de diverse waardes van de zonnewagen in de gaten: de hoeveel resterende energie in de batterij bijvoorbeeld, en hoe warm de motoren zijn. Mede op basis daarvan, en op basis van bijvoorbeeld de verwachte weersomstandigheden, wordt de rijstrategie bepaald. “Als je weet dat er bijvoorbeeld heel weinig zon komt, is het misschien niet verstandig om met vier personen te rijden. Bepaalde stukken rijden we dus waarschijnlijk met z’n drieën.”

De beoordeling van auto’s op méér dan alleen hun snelheid is precies wat de nieuwe Cruiser-klasse van de World Solar Challenge volgens Snoeck zo interessant en onvoorspelbaar maakt. In totaal tien teams verschijnen aan de start van deze competitie, met volgens Snoeck heel uiteenlopende zonnewagens. “Minnesota heeft bijvoorbeeld een heel platte auto, vergelijkbaar met die van Delft, maar dan voor twee personen. Wij zijn met Stella echt het andere uiterste, met een praktische, vierpersoons auto die er van binnen ook nog eens mooi uitziet. Bochum zit daartussenin, maar hun auto ziet er van binnen weer een stuk Spartaanser uit dan de onze.”

Van het laatstgenoemde Duitse team verwacht Snoeck sowieso de meeste concurrentie. “Op sommige van hun oplossingen zijn wij echt jaloers. Bochum heeft een parttime team, waarbinnen een aantal mensen een heel klein opdrachtje heeft gehad. Zo heeft één teamlid een heel jaar kunnen nadenken over de sluiting van de deuren, waardoor ze met een oplossing hebben kunnen komen die er heel goed uitziet en heel goed werkt. Aan de andere kant zijn wij heel trots op hoe bijvoorbeeld ons elektrische systeem eruit ziet; ik denk dat we op het vlak van elektrotechniek wel een voorsprong hebben.”

Een inschatting van de Eindhovense kansen durft Snoeck nog altijd niet te maken. “We hebben in elk geval een heel mooie wagen. Als we met deze vierpersoons wagen de World Solar Challenge kunnen uitrijden, maken we wel een statement. En natuurlijk hopen we dat we dan ook hebben gewonnen”.

Grootste uitdaging voor de chauffeurs en passagiers, die straks steeds zo’n vijf uur aaneen op de weg zitten, zijn naar verwachting niet de hitte of last van hun benen of rug, maar het voorkomen van een te volle blaas. “Daarin moeten we een balans zien te vinden, want goed drinken is natuurlijk wel belangrijk. Gelukkig hebben de mensen die in Stella zitten in Nederland goed getraind en zijn ze behoorlijk fit. Het mooie daaraan is dat je bijvoorbeeld een goed gevoel krijgt voor de hoeveelheid vocht die je nodig hebt”.

De sfeer in Australië is volgens Snoeck in elk geval opperbest, zowel tussen de verschillende teams als binnen de eigen gelederen. “Met zo’n grote groep op elkaars lip - je zou zeggen dat dat een broeinest is voor allerlei spanningen. Maar het team is eigenlijk alleen maar hechter geworden.” Ook raken de leden steeds beter op elkaar ingespeeld. Zo hebben de studenten, tijdens de tien dagen waarin ze het hele traject al een keer omgekeerd aflegden, enkele keren een kamp moeten opslaan: “De eerste keer kostte dat twee uur, inmiddels weet en doet iedereen precies wat ie moet doen en staat de hele boel in een half uur”.

Over twee dagen arriveren de laatste twee teamleden en is Solar Team Eindhoven, met in totaal 23 vaste teamleden, compleet. Later volgen nog een paar andere mensen vanuit de TU/e, onder wie Cursor-fotograaf Bart van Overbeeke die de Eindhovense verrichtingen tijdens de WSC gaat volgen.

De race start pas op 6 oktober, maar de World Solar Challenge als evenement barst vijf dagen eerder los. Op 1 oktober is ook de keuring van alle deelnemende wagens, op 5 oktober gevolgd door de kwalificatie die ieders startpositie bepaalt.

Kijk voor meer foto's van Solar Team Eindhoven in Australië op Flickr of Facebook. 

Kijk voor meer video's van Solar Team Eindhoven op YouTube.

Deel dit artikel