Certificeringsdrift
Het TU/e-bestuur kondigde in 2007 aan dat het didactisch inwerktraject vervangen zou worden door de Basis Kwalificatie Onderwijs (BKO). Voornamelijk omdat dit traject geen toetsmoment had en er dus geen consequenties waren voor medewerkers die niet goed presteerden. De certificeringsdrift heeft sinds de invoering van BKO een grote vlucht genomen, constateert Boudewijn van Dongen.
Het BKO-traject werd een programma waarbinnen alle docenten deel moeten nemen aan cursussen om zo certificaten te verzamelen. Zo moet je bijvoorbeeld je niveau van Engels bewijzen, ook als je een in de Verenigde Staten opgegroeide Japanner bent. Of je moet de leergang academisch leiderschap doorlopen als je hoofddocent of hoogleraar wilt worden. Een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) is aan de TU/e dan weer niet verplicht.
Ik wil helemaal niet zeggen dat het BKO-traject als geheel niet waardevol is. Maar een uur lang luisteren naar een hoorcollege over het feit dat hoorcolleges echt uit de mode zijn, is dat wel. Het werd niet op prijs gesteld toen een collega tijdens een cursus over coaching vroeg of er onderzoek gedaan is naar de kosten van individuele coaching in programma’s met honderden studenten per jaar. En een andere collega had wat moeite om een cursus serieus te nemen toen de docent vertelde dat je in het onderwijs moet beginnen met een bedankje aan de studenten dat ze zijn komen opdagen.
En wat zeggen al die certificaten nu eigenlijk? Mijns inziens helemaal niets. Je bent niet ineens een goede docent omdat je een BKO hebt. Je bent geen goede leidinggevende omdat je een training hebt gevolgd en een VOG zegt niets over sociaal veilig gedrag. Ik durf de stelling wel aan dat er slechte docenten en slechte leidinggevenden werken aan de TU/e, die alle certificaten hebben gehaald.
Het halen van verplichte certificaten heeft dan ook niet als doel om de organisatie te verbeteren. Het is puur een middel om de verantwoordelijkheid voor die verbetering af te schuiven. Echte cultuurverbetering komt er alleen als iedereen bereid is om eens naar het eigen functioneren te kijken en kritische feedback te vragen, om er vervolgens ook iets mee te doen. Bijvoorbeeld door vrijwillig een cursus te volgen, dan is er ook geen toetsmoment nodig, maar vertrouwen we erop dat er iets mee gedaan wordt.
Boudewijn van Dongen is professor Process Analytics aan de TU/e. Hij schrijft deze column op persoonlijke titel.

Discussie