Joost de Vries aan het werk bij GSK.

En hoe is het in Stevenage?

Nat. Voor het weer hoef je het in Stevenage, halverwege London en Cambridge, niet te doen. Het aantal keren dat het kwik hier de afgelopen maanden boven de 25 graden uit kwam, is op de vingers van twee handen te tellen. Gelukkig hebben de Britten daar oplossingen voor gevonden: veel zoete taart eten, met komedie doorspekte televisieprogrammeringen en de pint als standaard bierglas om de misère te verdrinken.

De voordelen aan mijn stage bij GlaxoSmithKline wegen gelukkig ruimschoots op tegen het slechte weer. Als BMT-student is het meedraaien op een gigantische R&D-site van een vooraanstaand farmaceut een buitenkansje. Mijn project gaat gepaard met state-of-the-art-onderzoek aan tuberculose in een laboratorium gevuld met de hipste apparatuur. Pipeteerrobotten, computers die automatisch experimenten fotograferen, noem het maar op.

Daarbij is het leerzaam om een kijkje in de keuken te krijgen van een bedrijf met een omzet van meer dan dertig miljard euro. Verder word je dagelijks blootgesteld aan de originele Britse cultuur: Are you takin’ the Mickey? I am sick as a parrot! Kleurrijke (spreek)woorden om je academisch vocabulaire mee aan te vullen.

Wat mij het meest verbaast, is het feit dat ik hier toch echt op een eiland zit. Ook al verblijf ik hemelsbreed niet ver van Eindhoven, het is een wereld van verschil. Door de inflatie op de pond moet je bijvoorbeeld noodgedwongen dertig procent van je toch al beperkte studentenbudget afboeken en rotondes zijn na drie maanden links rijden nog steeds lichtelijk desoriënterend.

Ze mogen hier dan een tikkeltje eigenwijs zijn, qua universitaire allure hebben ze het wel goed bekeken. Het contrast met Eindhoven is groot als je door de indrukwekkende en eeuwenoude colleges in Cambridge loopt. Wat zijn wij in Eindhoven toch nog piepjong met onze 59 jaar!

Deel dit artikel